De
Australische buldogmier
Orde
: Hymenoptera - familie : Formicidae - geslacht
: Myrmecia en soort : Verschillende. Er zijn
minstens tachtig soorten buldogmieren binnen dit
geslacht.
Gewapend met twee imposante kaken, een pijnlijke
steek als van een wesp en een opvliegend
karakter is de Australische buldogmier een
geduchte tegenstander. Dit geharde insect
bespringt zijn onfortuinlijke slachtoffer
razendsnel om te bijten met zijn scherpe kaken
en brandend gif te injecteren met zijn angel.
Buldogmieren zijn groot en goed bewapend. Het
zijn de machtigste mieren ter wereld.
Vergeleken met andere mieren is de buldogmier
een ware reus (lengte tot 36 mm). Buldogmieren
lijken op wespen zonder vleugels en ook de
leefwijze is ongeveer gelijk. Alle soorten
buldogmieren leven in grote kolonies met een
koningin aan het hoofd, die moeder is van alle
mieren. De kolonie bestaat vooral uit
onvruchtbare vrouwtjes, werksters, die voedsel
moeten verzamelen, het nest beschermen en de
jongen voeden. Meestal bestaat het nest uit een
heuvel, op of in de grond, waarbinnen een
netwerk van tunnels en gangen ligt. Sommige
soorten nestelen in rottende boomstammen en er
bestaat een soort in de regenwouden van
Noord-Australi� die in bomen nestelt. Een nest
kan honderden tot duizenden mieren huisvesten.
De koningin legt gedurende haar leven duizenden
eitjes, waarvan de meeste uitkomen als steriele
werksters. Elk jaar kruipen er uit een paar
eitjes vruchtbare vrouwtjes en mannetjes met
kleinere kaken. Deze mieren hebben vleugels,
zodat ze naar andere nesten kunnen vliegen en
paren. De mannetjes sterven na het paren maar de
bevruchte vrouwtjes verliezen hun vleugels en
kruipen in een holte om een nieuwe kolonie te
stichten. Deze nieuwe koningin legt een paar
eitjes en voedt de larven met zelf gevangen
insecten. Zodra er genoeg werksters volwassen
zijn, nemen zij alle taken over en trekt de
koningin zich terug om zich volledig te
concentreren op het leggen van eitjes.
De scherpe kaken en scherpe gifangel helpen de
buldogmier bij het doden en het uiteenrijten van
prooi. Het zijn tevens wapens om het nest te
verdedigen. Bij de minste dreiging stromen de
mieren massaal naar buiten en gaan de vermeende
belager te lijf, klaar om te sterven voor de
kolonie. Ze rennen angstaanjagend hard op hun
lange poten en sommige kunnen wel dertig cm de
lucht in springen. Als de mier een zacht plekje
op zijn vijand heeft gevonden, bijt hij zich
vast en kromt zijn lijf om een giftige steek toe
te dienen. Een onfortuinlijke passant kan bij
zo'n mierenaanval talloze keren worden gestoken.
Hoewel de Australische buldogmier houdt van
nectar en zoet vruchtensap, is hij toch vooral
een vleeseter. Hij jaagt op insecten zoals
rupsen en kevers en zelfs kleine spinnen. Hij
draagt zijn prooi terug naar het nest en
verdeelt het tussen de werksters, de koningin en
de larven.
|