Axolotl
De
Amb ystoma mexicanum leeft in permanent water op
grote hoogte. Hij bereikt een lengte tot dertig
cm.
De axolotl wordt bedreigd door aantasting van
zijn milieu, het uitzetten van vissen, zoals
karper, en het verzamelen van exemplaren voor de
dierenhandel, zodat hij tegenwoordig zeldzaam
is. Hij ziet er merkwaardig uit met zijn
veervormige kieuwen en dorsale vin die op de kop
begint, over rug en staart doorloopt en om de
punt van de staart terugbuigt. De poten en
voeten zijn klein en zwak. De naam axolotl is
een Azteeks woord dat watermonster betekent. De
voortplanting voltrekt zich in het water. Het
wijfje wordt door het mannetje aangetrokken door
de geur van een stof uit zijn cloacaklieren. Hij
wappert met zijn staart in haar richting en
verspreidt op die manier de geur in het water.
Het wijfje nadert en besnuffelt de klieren van
het mannetje, waarop deze een spermatofoor
loslaat die naar de bodem zinkt. Het wijfje
beweegt zich eroverheen en neemt het pakketje
met haar cloaca op. De bevruchting vindt dus
inwendig plaats. In het wild legt deze
salamander ongeveer vierhonderd eieren, maar in
gevangenschap is het aantal veel groter.
Onder normale omstandigheden blijft de axolotl
zijn hele leven een larve met uitwendige kieuwen
en plant hij zich ook in dit
ontwikkelingsstadium voort. Hij kan echter wel
metamorfoseren tot een op het land levend,
kieuwloos dier.
|