De
bruine kikker
Orde
: Anura - familie : Ranidae - geslacht : Rana en
soort : Rana temporaria. De Amerikaanse
brulkikker is ��n van de nauwste verwanten van
de bruine kikker.
De bruine kikker heeft met zijn lange, krachtige
poten en slijmerige lichaam de perfecte bouw om
aan gevaar te ontsnappen. De kleur van dit
fascinerende dier loopt uiteen van groenachtig
geel tot rozig rood. Hij kan de tint naar
believen veranderen. Generaties lang hebben
schoolkinderen kikkerdril opgevist om de
kikkervisjes te zien uitkomen. Inmiddels wordt
dat gebruik ontmoedigd, in een poging de
kwijnende kikkerpopulatie te beschermen.
Dit wat geheimzinnige dier verschuilt zich
overdag het liefst op een vochtig plekje en komt
alleen soms met nat weer te voorschijn. Pas 's
avonds komt hij tot leven en in het voorjaar is
de lokroep van de bruine kikker te horen bij
vijvers, sloten en greppels met water. Hij leeft
weliswaar solitair, maar op een geschikte,
waterrijke plaats zullen onvermijdelijk altijd
meer kikkers voorkomen. Hij heeft een fraai,
groen met bruin patroon dat hem minder zichtbaar
maakt voor dieren die op hem jagen, zoals
reigers, katten, honden, dassen, mollen en
vossen. De bruine kikker houdt een winterslaap
en meestal graaft hij zich in de grond in.
Wanneer het warmer wordt en gaat regenen, wordt
hij wakker en hupt naar de dichtstbijzijnde
vijver.
Bruine kikkers bejagen en eten levende prooi. Er
zijn wel kikkers gezien die dieren aten met het
formaat van een kleine muis, maar ongewervelde
dieren zijn toch het hoofdvoedsel, van wormen
tot vliegen, motten en andere vliegende
insecten. Kikkers hebben een lange, kleverige
tong die met hoge snelheid uit hun bek flitst om
hun ongelukkige slachtoffers te pakken. Bruine
kikkers hebben een sterk gebit waarmee ze kevers
en andere harde hapjes kunnen vermalen. Net als
de meeste reptielen en amfibie�n hebben ze een
zeer trage stofwisseling en hoeven ze maar eens
per week te eten, al zullen ze dat in
werkelijkheid meer doen.
In het voorjaar probeert de bruine kikker terug
te keren naar de vijver of sloot waar hij zelf
is uitgekomen. Eenmaal in het water gaat hij op
zoek naar een partner. Elk vrouwtje wordt
omringd door meerdere mannetjes, die allemaal
willen paren. Slechts ��n heeft succes. Bij warm
weer duurt het tien dagen voor de kikkervisjes
uitkomen. Aanvankelijk houden ze zich aan het
resterende dril vast en eten het op, maar al
snel kunnen ze zwemmen en gaan ze over op algen.
De volgende drie maanden groeien ze en beginnen
kleine waterdiertjes als muggenlarven te eten.
Uiteindelijk ontwikkelen de kikkervisjes eerste
achter- en dan voorpootjes. De staart verdwijnt,
ze verliezen hun kieuwen en krijgen longen.
|