|
De
Canadese gans
 Orde
: Anseriformes - familie : Anatidae - geslacht :
Branta en soort : Branta canadensis. De Canadese
gans behoort tot het Branta-geslacht van zwarte
ganzen. Hiertot behoort ook de rotgans die
broedt op Groenland en de noordelijke toendra's.
De Canadese gans verlaat in grote troepen zijn
noordelijke broedgebied en zet schor snaterend
koers naar het zuiden. Dit is ��n van de
grootste natuurspektakels. Deze vogel is zo
trouw aan zijn partner dat hij eraan onderdoor
kan gaan als die sterft. Hij verdedigt zijn
jongen met overgave. Hoewel hij een gewild
doelwit is voor jagers, gedijt de Canadese gans
uitstekend.
voordat ze naar hun noordelijke broedgebied
vertrekken, zorgen de Canadese ganzen voor extra
lichaamsvet om de kou het hoofd te kunnen
bieden. Ook stoppen ze onderweg om te eten en
krachten op te doen. Ganzen uit hetzelfde gebied
hebben hun eigen vliegroute, die generaties lang
wordt gebruikt. In het begin van de lente
komende ganzen in zoetwatergebied aan waar ze
gaan broeden. Ze voeden zich met alle planten
die ze maar kunnen vinden op de sneeuwvrije
stukken land. Aan het eind van de broedperiode
verliezen de volwassen vogels hun veren en
krijgen nieuwe vliegveren in de plaats. Ze eten
nu ook bessen vanwege de extra energie die ze
nodig hebben voor de trek naar het zuiden. Vroeg
in de herfst zijn de vogels klaar om de reis te
aanvaarden. De Canadese ganzen vormen grote
troepen voor de trek naar het zuiden. Het meest
uitgebreide gezin is dominant binnen een troep.
Canadeze ganzen zoeken een partner in de winter.
Ze maken elkaar ieder jaar het hof en snateren
in duet om de band te versterken. Deze band
tussen hen is zo sterk dat als een vogel gewond
raakt, zijn partner bij hem blijft. Als de
partner sterft, zal een gans soms liever
wegkwijnen tot de dood erop volgt, dan de reis
te vervolgen met de rest van de troep. Het
vrouwtje bouwt een nest dicht bij het water. Ze
gebruikt daar plantenmateriaal voor. Ze bekleedt
het nest met dons van haar eigen borst. De
eieren worden in 24 tot 30 dagen uitgebroedt.
Gedurende deze tijd bewaakt het mannetje (de
gent) het nest, bereid om iedere indringer
genadeloos aan te vallen.
Meestal grazen Canadese ganzen op het land. Ze
eten voornamelijk gras, wortels, knollen en
stengels, maar ook wel bladeren, vruchten en
zaden. Terwijl een troep eet, staan enkele
vogels op de uitkijk voor gevaarlijke
roofdieren, zoals vleesetende zoogdieren en
menselijke jagers. Als ze voedsel zoeken in het
water, duiken ganzen vaak met hun hele lijf
voorover. Ze steken hun koppen in het water om
waterplanten af te grazen.
In de laatste dertig jaar heeft de Canadese gans
goed gedijd en alleen al in Noord-Amerika leven
er nu naar schatting vijf miljoen exemplaren.
|
