|
De
goudvis komt uit China, waar hij al duizend jaar geleden
(in 970 na Christus) waargenomen werd. In de 17de eeuw
werd hij ge�ntroduceerd in Portugal en langzaam maar
zeker verspreidde de vis zich via Frankrijk en Nederland
over heel Europa.
Goudvissen vari�ren in vorm en kleur. De grondkleur is
gewoonlijk koperachtig goud tot roodachtig goud. ook
zijn witte vissen met een rode buik bekend, net als de
exemplaren met een rode rug en zwarte vinnen. Het
lichaam is gewoonlijk bedekt met schubben, maar er zijn
ook exemplaren zonder schubben (mutanten) bekend. In het
aquarium hebben ze weinig aandacht nodig en ze eten
allerlei soorten voedsel : levende dieren, planten en
kunstmatig voer. Ze zijn geschikt voor tuinvijvers. In
Zuid-Europa en in de warmere delen van de Verenigde
Staten kunnen ze zelfs in de open lucht overwinteren. Ze
worden veel gekweekt in een groot aantal landen; in
Frankrijk worden ze kunstmatig gekweekt. De jongen zijn
gewoonlijk eerst grijsgroen en na acht tot twaalf
maanden nemen ze andere kleuren aan. De grote
verscheidenheid van goudvissen werd gebruikt voor het
kweken van vissen met bizarre vormen en in vele kleuren,
die aangeduid worden als sluierstaartvarianten.
|