Rubriek :
Historische figuren
Colin Powell
Powell, Colin Luther
(New York City 5 april 1937), Amerikaans militair en politicus.
Powell, zoon van zwarte immigranten uit Jamaica, studeerde
geologie aan de City University van New York, waarna hij dienst
nam in het leger; als militair voltooide hij de studie
bedrijfseconomie aan George Washington University. Powell diende
in 1962-1963 in Vietnam, waar hij gewond raakte. Later werd hij
commandant van een infanterie-bataljon in Zuid-Korea en vervulde
hij verschillende hoge commando-posten in de Verenigde Staten en
had hij het opperbevel van het Vijfde Legercorps in Duitsland.
In 1972 kreeg hij daarnaast een positie op het Pentagon in
Washington, waar hij als militair adviseur van verschillende
regeringen optrad. In 1986 werd hij plaatsvervangend Nationale
Veiligheidsadviseur en in 1987 benoemde president Ronald Reagan
hem tot Veiligheidsadviseur.
In 1989 benoemde president George Bush Powell tot voorzitter van
de Joint Chiefs of Staff, de hoogste militaire functie. Als
zodanig ontraadde hij de militaire operatie tegen de Panamese
dictator Noriega in 1989, maar zette hij zich overtuigend in
voor operatie Desert Storm tegen Irak na de invasie door dat
land van Koeweit, in 1990-1991 (zie Tweede Golfoorlog). Daarop
formuleerde hij de doctrine dat Amerikaanse troepen alleen mogen
worden ingezet als dat gebeurt met een grote overmacht, met een
duidelijk omschreven missie van een beperkte duur.
Als carri�re-militair had Powell veel contacten met politici en
na de Golfoorlog verwierf hij grote bekendheid en gezag, maar
hoewel hij zich na zijn pensionering in 1993 meer politiek ging
profileren, bleef hij wantrouwig jegens Washington. Tijdens de
verkiezingscampagne van 1996 probeerden beide grote partijen de
partijloze Powell, die hoog scoorde in de peilingen, voor zich
te winnen; als zwarte die groot moreel gezag genoot leek hij de
enige die de tegenstellingen in het land kon overwinnen.
Powell besloot toe te treden tot de Republikeinse partij, maar
ging niet in op pogingen van Bob Dole hem ertoe over te halen
zich kandidaat te stellen voor het vice-presidentschap; wel
leverde hij een bijdrage tot het overbruggen van de
tegenstellingen binnen de partij met zijn verzoenende
openingsrede op de Republikeinse conventie in San Diego, waarbij
hij de nadruk legde op morele waarden maar zich tegelijk
distantieerde van de onverdraagzaamheid van vooral
christelijk-rechtse kringen binnen de partij.