|
De
regenbooglipvis komt voor in het oostelijke deel van de
Atlantische Oceaan van Groot-Brittanni� tot aan de Golf
van Guinea en in de Middellandse en Adriatische Zee.
Vroeger onderscheidden ichtyologen twee soorten, de
julis en de giofredi. Maar later werd ontdekt dat de
laatstgenoemde soort kleuren heeft die typerend zijn
voor de nog niet rijpe, vaak vrouwelijke exemplaren van
de julis. Na een korte overgangsperiode veranderen ze
van kleur en lijken ze al meer op de prachtig gekleurde
mannetjes. Het mannetje wordt 25 cm. lang. Hij heeft een
oranje streep in de lengte op de zijkanten. De rug is
gewoonlijk blauwgroen en over de voorzijde van het
lichaam lopen blauwe strepen. De basiskleur van de
vrouwtjes is bruin tot olijfgroen met ��n gele en twee
donkerblauwe, rode of zwarte strepen op de zijkanten.
Overdag zwemmen deze vissen veel, maar tijdens de nacht
begraven ze zich in het zand.
|