|
Deze
soort komt in grote populaties voor op Trinidad, het
stroomgebied van de Amazone en in het zuiden van
Brazili�. In het wild wordt deze vis 35 cm. lang. In
gevangenschap is hij een stuk kleiner. De kweekbakken
moeten zo groot mogelijk zijn. De paren paaien in
ondiepe kuilen in het zand. De mannetjes verzorgen de
jongen, maar de vrouwtjes hoeven niet verwijderd te
worden. Volwassen vissen eten kleine vissen, larven van
libellen, verschillende soorten wormen en stukjes mager
vlees. De temperatuur van het water mag niet lager zijn
van twintig graden C. Deze exemplaren kunnen van kleur
verschillen, afhankelijk van hun leeftijd en de plek
waar ze werden gevangen. De volwassen vissen zijn
agressief en moeten daardoor in een groot aquarium groot
worden gebracht, liefst samen met grote cichliden.
|