Rubriek :
Dier - algemeen
De bodem
Van alle gebieden
volgens de 'dierkundige indeling' is het neotropisch gebied nog
het minst door de mens aangetast. Zelfs is er, toen de
Spanjaarden het werelddeel in de zestiende eeuw veroverden en er
het paard invoerden, een zeker evenwicht hersteld. Het paard
kwam oorspronkelijk uit Noord-Amerika en verspreidde zich naar
Zuid-Amerika, maar was inmiddels al in beide werelddelen
uitgestorven.
Er kunnen vele oorzaken voor deze betrekkelijke onaangestastheid
worden aangewezen : economische, politieke, toevallige en
geschiedkundige. Maar de voornaamste oorzaak ligt in de
bodemgesteldheid van het gebied. Een groot deel ervan in
tropisch. Ten zuiden van de Middenamerikaanse landengte bevinden
zich vochtig-hete savannen en grotendeels dorre droogvlakten.
Ten zuiden daarvan ligt het reusachtige Amazone-bekken. Dan
volgt het uitgestrekte gebied dat de Mato Grosso heet,
dichtbegroeid en zeer ontoegankelijk. Vervolgens komen de droge
vlakten van de Gran Chaco, die overgaan in de meer gematigde
pampa's, de Argentijnse prairie. Dan nog de woestijnen van
Patagoni�, en in het uiterste zuiden de onherbergzame rotsen van
Tierra del Fuego ofwel Vuurland. Ten westen van al deze gebieden
strekt zich de machtige bergketen van de Andes uit, met 26
toppen boven de vijfduizend meter, en een uiterst smalle
kuststrook die grotendeels woestijnachtig is.
Het
bekken van de Amazone beslaat een oppervlakte van 6,5 miljoen
vierkante kilometer, zes maal zo groot als het oppervlak van
Frankrijk en Spanje tesamen, en de Mato Grosso ook nog eens 1,25
miljoen vierkante kilometer. Het stroomgebied van de Amazone
verwerkt achttien procent van de totale hoeveelheid water die
ter wereld door alle rivieren naar de oceanen vloeit, door een
netwerk van stromen die bij elkaar per seconde gemiddeld 200.000
kubieke meter water vervoeren. Snel gaat dat niet, omdat het
verloop naar zee zo gering is. Op een afstand van drieduizend
kilometer van de kust ligt de bodem maar 150 meter boven het
zeeniveau. Dat is een gemiddeld verval van vijf cm. per
kilometer.
Door de voortdurend sterke zonnestraling, door de enorme
regenval en door de mineralen die afkomstig zijn van de Andes en
door de langzaam stromende rivieren op de bodem worden afgezet,
zijn de ideale omstandigheden geschapen voor een weelderige
bebossing. Sommige bomen bereiken een hoogte van vijftig meter
en andere, eronder, groeien zo overvloedig dat er nauwelijks een
vierkante centimeter grond onbedekt blijft. Toch valt er nog
genoeg licht door het bladerdak om talloze struikgewassen,
klimplanten en epifyten - planten die op andere planten groeien
zonder die voedsel te ontnemen - de nog overblijvende gaten te
laten opvullen. Dit oerwoud telt aan bomen alleen al meer dan
vierhonderd verschillende soorten ... terwijl bijvoorbeeld in de
meeste gemengde bossen van de gematigde streken niet meer dan
een stuk of tien soorten voorkomen. Het oerwoud daar is dan ook
zo ondoordringbaar, dat het tot 1958 duurde voordat het
aardrijkskundige middelpunt van Brazili� door de Westerse mens
werd bereikt.
Ook de Mato Grosso is zeer ontoegankelijk. Weinige van de
ontdekkingsreizigers die zich erin waagden, zijn ooit
teruggekeerd. Of ze het slachtoffer werden van ziekte, honger of
vijandige inboorlingen, weet niemand. Zelfs nu nog weten enkele
Indianenstammen in afgelegen gebieden niets af van de rest van
de wereld. Maar lang zal dat niet meer duren. De Braziliaanse
regering heeft ontdekt dat het land enorm veel natuurlijke
rijkdommen bezit en is begonnen aan het ontsluiten van de
binnenlanden van deze reusachtige staat. Brazili� heeft een
oppervlakte die gelijk is aan tachtig procent van de oppervlakte
van heel Europa. De hoofdstad is nu Brasilia, een geheel nieuwe
stad, bijna duizend kilometer landinwaarts van Rio de Janeiro,
de oude hoofdstad.