Rubriek :
Historische figuren
Decimus Juvenalis
Juvenalis, Decimus
Junius (Aquinum, in Latium, ca. 60 - 140 n.C.), Romeins dichter,
de laatste van de Latijnse satirendichters, was tevens degene
die aan de satire haar definitieve vorm heeft gegeven. Hij trad
aanvankelijk op als declamator; eerst toen hij tegen de 50 liep,
is hij met het schrijven van satiren begonnen, die een sterk
retorische inslag hebben. Zestien ervan zijn bewaard gebleven,
verdeeld over vijf boeken. Evenals zijn tijdgenoot Tacitus heeft
hij een duidelijk pessimistische kijk op het Rome van de 1ste
eeuw n.C. Zijn satiren schilderen op brutale, realistische wijze
de zedelijke toestanden in de hoofdstad onder de keizers Nero en
Domitianus. De felheid van zijn pen is in de Latijnse literatuur
niet ge�venaard. De meest amusante onder zijn satiren is de
vierde, waarin hij met humor en sarcasme beschrijft hoe onder
keizer Domitianus een ministerraad bijeengeroepen wordt om te
beraadslagen over het klaarmaken van een reuzentarbot. De meest
bekende is de zesde, waarin meedogenloos alle dwaasheden,
onbeschaamdheden en ondeugden van de deftige Romeinse matronen
gehekeld worden. Zijn laatste satiren zijn aanmerkelijk minder
van kwaliteit dan zijn eerste.