Doornstaartskink
De
Egernia stokesii leeft op stenige heuvels en
bergen. Hij wordt tot 27 cm lang.
Deze skink is een ongewoon dier met een stevig
lichaam dat overdekt is met ruwe, soms doornige
schubben. De staart is kort en duidelijk
afgeplat en bijzonder dicht bezet met stekels;
alle vier de poten zijn sterk en goed
ontwikkeld. Deze skink leeft in rotsige
gebieden, waar hij kan wegschuilen in diepe
rotsspleten of onder keien. De stekels op zijn
staart maken het bijna onmogelijk om het te
voorschijn te trekken wanneer hij zich eenmaal
verborgen heeft. Overdag is hij actief; hij zont
zich en jaagt op insecten, niet ver van zijn
schuilplaats. Hij leeft in kolonies en de
aanwezigheid van doornstaartskinken wordt
aangegeven door de plaatsen waar ze geregeld hun
mest deponeren.
Deze skink is levendbarend. Het wijfje krijgt
ongeveer vijf volgroeide jongen die zich, gevoed
door een soort van placenta, in haar lichaam
ontwikkelen. Ze zijn ongeveer zes cm lang bij de
geboorte.
|