Dwerghert
Groep : op het land levende
zoogdieren
Het
muskushert uit Oost-Azi� en de zuidelijke poedoe
uit Argentini� en Chili, zijn net als het
dwerghert viertenige herkauwers. Het dwerghert
behoort tot de familie Tragulidae.
Trippelend op zijn dunne poten, is het dwerghert
zo schuchter als een muis. Daarom wordt hij ook
wel muishert genoemd. Hij komt alleen tijdens de
nacht te voorschijn, en vaak is zijn
aanwezigheid slechts af te leiden uit het
tunnelvormige spoor dat hij achterlaat. In zijn
uiterlijk en gedrag lijkt het dwerghert wel wat
op een duikerbok of een hert. Er zijn vier
soorten : het waterdwerghert, het Indische
gevlekte dwerghert en twee Aziatische soorten,
het grote en kleine muishert.
Dwergherten komen voor in de dichtbegroeide
regenwouden van Afrika, India en Zuidoost-Azi�.
De kleine herten leven dicht bij het water, maar
zullen daar alleen bij groot gevaar echt ook
ingaan. Zoals de naam al zegt, is het
waterdwerghert een goede zwemmer. Volwassen
vrouwtjes van deze soort leven alleen met hun
jongen. Mannetjes leven solitair en hun
territorium overlapt dat van de vrouwtjes. Ze
markeren hun gebied door geur af te scheiden uit
een klier onder hun kin. Als een vrouwtje een
territorium heeft gevonden, blijft ze daar haar
hele leven. Mannetjes blijven er meestal niet
langer dan een jaar. Van muisherten werd lang
gedacht dat ze solitair waren, maar er is
onlangs ontdekt dat ze mogelijk in monogame
paren leven.
Tijdens de paartijd vechten de mannetjes om het
recht met de vrouwtjes te paren. Ze jagen elkaar
achterna en voeren verhitte gevechten, waarbij
mannetjes elkaar proberen te raken met hun
scherpe slagtanden. Gelukkig zorgt hun stevige
vacht voor voldoende bescherming tegen de
vlijmscherpe tanden, zodat de verwondingen
beperkt blijven. Na de paring werpt het vrouwtje
��n of heel soms twee jongen. De Aziatische
soort is dan al binnen 48 uur weer bereid om te
paren. De jongen verlaten hun moeder als ze ��n
of twee jaar oud zijn.
Overdag houdt het dwerghert zich voornamelijk
schuil in de dichte begroeiing van het woud.
Enkel 's nachts zoekt hij naar voedsel. Het
dwerghert leeft vrijwel volledig van gevallen
fruit, maar het Indische gevlekte dwerghert eet
ook de bladeren en knoppen van laaggroeiende
struiken. Dit menu van stugge, vezelrijke
bladeren is moeilijk te verteren, en het
dwerghert heeft daarom een aangepaste
spijsvertering. De maag bestaat uit drie kamers
en het voedsel wordt net als bij het hert (zijn
grotere verwant) steeds weer herkauwd.
Het dwerghert heeft maar weinig afweermiddelen
tegen vijanden. De dieren vallen vaak ten prooi
aan luipaarden, krokodillen, slangen en grote
roofvogels. In sommige streken worden ze ook
door mensen bejaagd om hun vlees. In Bangladesh
is het kleine muishert door de jacht inmiddels
volledig uitgeroeid.
|