Rubriek :
Historische figuren
Elisabeth Petrovna van
Rusland
(29 dec. 1709 - 5
jan. 1761), keizerin van Rusland van 1741 tot 1761, uit het Huis
Romanov, was de dochter van Peter de Grote en zijn tweede vrouw,
de latere keizerin Catharina I. Zij kreeg geen degelijke
opvoeding, maar was knap en beminnelijk. Plannen om haar uit te
huwelijken mislukten, o.a. omdat een voor haar bestemde
bruidegom, Karel August van Holstein, v��r de trouwdag stierf.
Met haar neef Peter II, die haar moeder als tsaar opvolgde
(1727), was zij bevriend, maar toen na zijn vroege dood Anna
Ivanovna de troon besteeg (1730), moest zij zich terugtrekken
van het hof. Onder haar vrienden nam Aleksej Razoemovski, een
kozak en koorzanger, de eerste plaats in, hoewel hij haar gunst
niet alleen genoot. Toen na de dood van Anna Ivanovna (1740) de
jeugdige Ivan VI aan de regering kwam onder regentschap van zijn
moeder, Anna Leopoldovna, en de invloed van de Duitse
gunstelingen op de regering bleef, vestigden de ontevreden
edelen van de lijfgarde hun hoop op Elisabeth. Zij genoten de
steun van Frankrijk en zijn bondgenoot Zweden, die door een
troonswisseling de pro-Habsburgse koers van Rusland hoopten te
zien gewijzigd. Zelf echter zonder politieke ambitie bleef
Elisabeth passief totdat bleek dat Anna Leopoldovna iets
vermoedde en er tegenmaatregelen dreigden. In de nacht van 5-6
dec. 1741 stelde zij zich aan het hoofd van de garde, nam Anna
en haar familie gevangen en liet zich de volgende dag tot
tsarina uitroepen. Ook de Duitse gunstelingen kwamen natuurlijk
ten val. De buitenlandse politiek veranderde echter niet
duurzaam. Wel was er toenadering tot Pruisen, blijkende uit het
huwelijk van de Russische troonopvolger, Peter (III), met Sophie
van Anhalt-Zerbst (de latere Catharina II), dochter van een
officier van Frederik de Grote, op diens wens gesloten.
Elisabeths kanselier Bestoezjev-Rjoemin stuurde echter weldra
weer in Oostenrijkse richting. In 1746 kwam een verbond met
Maria Theresia tot stand en in 1756 koos Rusland ook de
Oostenrijkse zijde in de Zevenjarige Oorlog. Ook na Bestoezjevs
val zette Elisabeth de strijd tegen Pruisen voort en haar legers
brachten het op de rand van de ondergang, waarvan het gered werd
door haar dood en de opvolging van de Pruisisch gezinde Peter
III. Hoewel zij genotzuchtig was en de staatszaken aan de
hofcliques overliet, gold Elisabeth als een nationale figuur,
populair bij adel en volk.