Rubriek :
Dier - algemeen
Emoes en andere
savanne-dieren
De emoe (zie foto) leeft het liefst in de savanne. Men kan hem
echter ook in andere gebieden van Australi� aantreffen. De emoe
is op de struisvogel na de grootste vogel die er bestaat. In het
droge seizoen trekken de emoes naar de kust en laten een spoor
van vernielde oogsten achter. Vijftig jaar geleden nam deze
jaarlijkse trek zo'n grote omvang aan, dat men het leger ter
hulp riep. Dit leidde tot de zogenaamde emoe-oorlog van 1932. De
troepen slaagden erin een paar honderd van de grote vogels dood
te schieten, maar een overwinning behaalden ze niet. In een
volgende campagne roeiden de Australi�rs de op Tasmani� levende
ondersoort uit. De emoe is een typisch Australische vogel.
De
emoe kan niet vliegen. Hij heeft een blauwachtige, tamelijk kale
kop en grove, van zijn lichaam afhangende veren. Het vrouwtje is
over het algemeen wat groter dan het mannetje. Zoals bij alle
loopvogels, heeft ook bij de emoes het mannetje de taak de
eieren uit te broeden. De eieren zijn donkergroen en worden
gelegd in aantallen van ongeveer negen stuks. Tijdens de acht
weken van het broeden, verliest vader emoe ongeveer negen kilo
aan lichaamsgewicht. De vader zorgt ook voor de kuikens. Hij
houdt ze bij elkaar door knorrende geluiden te maken. Men heeft
bij wijze van proef de knorgeluiden van een mannetjes-emoe op de
band opgenomen en afgedraaid voor emoe-kuikens. De kuikens
liepen gehoorzaam aan achter degene die de bandrecorder droeg.
De emoe-kuikens hebben bruingeel gestreepte veren om ze een zo
goed mogelijke camouflage te geven. Toch worden ze vaak een
prooi van dingo's (Australische honden) en wigstaartarenden. De
jongen zijn zelfstandig wanneer ze de leeftijd van 18 maanden
hebben bereikt.
De emoe eet, net als de Afrikaanse struisvogel, vaak niet voor
consumptie geschikte voorwerpen. Men heeft in de magen van emoes
onverteerbare voorwerpen aangetroffen zoals knikkers, spijkers,
patroonhouders en in de meer beschaafde gebieden zelfs geld. Ze
slikken een dergelijke oneetbare rommel eerder in uit instinct,
dan dat ze het opzettelijk doen. Het normale menu van de emoe
bestaat uit insecten en plantaardig voedsel zoals gras, bessen
en fruit.
In de grasgebieden leven ook knaagdieren en vleermuizen. In de
savannen van Queensland en van het Noordelijk Territorium leven
langharige ratten, waarvan het aantal op en neer gaat. Soms
nemen ze zo in aantal toe dat er sprake is van een rattenplaag.
De oogst lijdt dan zware schade. In de savannen leven ook drie
soorten haasratten. Ze hebben een korte, stompe neus, grote oren
en zacht haar. De haasratten zijn kuddedieren. Ze vormen
kolonies om zich tegen de roofdieren te kunnen verdedigen. Het
nest van de haasratten kan een doorsnede van 1,20 meter en een
hoogte van een meter bereiken. Het is gemaakt van takjes en
halmen. Vaak wordt het voor de stevigheid opgetrokken tegen een
rots of rond een struik.