|
De
oranje cichlide komt voor in de zoete en brakke wateren
in het zuiden van India en Sri Lanka. Hij wordt ongeveer
acht cm. lang. In aquaria is hij zeer gevoelig voor
veranderingen in de samenstelling van het water. Hij
wordt dikwijls aangevallen door externe parasieten. Het
is moeilijk om hier iets tegen te doen, want de oranje
cichlide is gevoelig voor chemische producten en
medicijnen. Wanneer er veel parasieten voorkomen zal de
vis sterven. In aquaria met volwassen vissen mag de
temperatuur van het water niet lager zijn dan 25 graden
C. De jongen vissen mogen niet in water leven dat kouder
is dan 27 graden C. De voortplanting gebeurt net zoals
bij andere lithofiele cichliden. De eieren worden op
stenen gelegd; zowel het mannetje als het vrouwtje
verzorgen de jongen. Nadat de eieren zijn uitgekomen,
blijven de jonge vissen nog even in de buurt van de
ouders, net zoals bij de discusvissen. Maar de jonge
vissen kunnen ook apart grootgebracht worden wanneer ze
fijngewreven levend voer te eten krijgen.
|