|
De
evervis
De evervis of Carpos aper.
Beschrijving
Eerste rugvin met negen stekels, tweede rugvin
met 23 vinstralen en anaalvin met drie korte
stekels en 23 vinstralen. 51 schubben op de
zijlijn. Lichaam zijdelings afgeplat.
Uitstulpbare, spitse bek; snuit holrond. Buikvin
met lange, stevige stekel. In diep water
steenrood met een variabele, gele tekening; in
ondiep water strokleurig.
Evervissen leven bij voorkeur in diep water
(110-400 meter). Ze worden gevangen ten zuiden
van Ierland en Engeland, aan de Atlantische
zijde van Het Kanaal. In diep water voeden ze
zich vooral met holtedieren. Soms komen ze in
zulke grote aantallen voor, dat ze buiten hun
zuidelijke verspreidingsgebied tot in
noordelijke wateren doordringen, onder andere in
de zuidelijke Noordzee. Hier eten zij
roeipootkreeftjes en andere kreeftachtigen.
Lengte
Maximaal 17 cm.
Verspreiding
Zuid-Atlantische Oceaan. Langs onze kust
zeldzaam.
|
