Gekraagde
aardster
Geastrum triplex
Van de meer dan twintig in Europa voorkomende
soorten aardsterren, is deze de grootste en
vlezigste soort. Door de brede kraag, gevormd
door een laag die zich losgemaakt heeft van het
exoperidium, onderscheidt hij zich van de andere
soorten. In het begin is het vruchtlichaam
gesloten en heeft het de vorm van een
langgerekte ui van vier tot zes cm breed met een
geprononceerde, ��n cm lange apex. In droge
toestand is het vruchtlichaam lichtbruin; het is
donkerbruin als het vochtig is. Het exoperidium
barst open in vier tot zeven okergrijze slippen
van ongeveer drie mm dik. de bolvormige gleba
bevat de sporen en heeft een opening die aan een
krater doet denken. Eromheen zit een
franjeachtige rand. Rondom de gleba barst het
peridium open, spreidt zich geleidelijk uit en
krijgt de vorm van een grote kraag.
Deze aardster is van mei tot november in droge
loofbossen te vinden, vooral onder beuken,
haagbeuken en acacia's. Hij geeft de voorkeur
aan stikstofrijke, lemige zandgrond, maar gedijt
ook op een alkali- of zure voedingsbodem.
Gekraagde aardsterren komen in kleine aantallen
voor van het laagland tot in de bergen. De
paddestoel is niet eetbaar.
|