De
gevlekte python
De
gevlekte python of Liasis childreni is een
kleine python die niet langer wordt dan ��n
meter. Gevlekte pythons zijn lichtbruin met een
tekening van onregelmatige donkere vlekken op de
rug en de flanken die soms vage dwarsstrepen
vormen. De onderkant is bijna wit. Deze python
kan gemakkelijk worden gehouden en gefokt en
wordt in plaats van de meeste van de andere
pythonsoorten bij iedereen aanbevolen die graag
een python wil bezitten. Ze kunnen op dezelfde
manier worden behandeld als colubriden : in
smalle dozen of hokken met een
temperatuurgradatie met een maximum van ongeveer
dertig graden Celsius en een onderlaag van
kranten of houtspaanders. Ze eten muizen. De
paring kan gestimuleerd worden door hen tijdens
de winter af te koelen tot ongeveer vijftien
graden Celsius; het legsel bestaat uit ongeveer
tien eieren. Deze kunnen door het vrouwtje
worden bebroed of naar een broedmachine worden
overgebracht. Ze komen uit na ongeveer zestig
dagen. De broedlingen zijn ongeveer 25 cm lang
en eten meteen pasgeboren muizen. Ze hebben een
grote eetlust, groeien snel en kunnen binnen
twee jaar geslachtsrijp zijn, hoewel het vaker
drie jaar duurt voordat ze zover zijn.
Opmerking : Liasis stimsoni, Stimsons python, is
een dwergversie van de gevlekte python en staat
soms bekend als de woestijnfase van de gevlekte
python. Deze soort werd niet lang geleden
benoemd, samen met Liasis perthensis, die
daarvoor onder L. childreni waren opgenomen. Met
haar tachtig cm is Stimsons python kleiner dan
de gevlekte python en ze is ook lichter van
kleur. De verzorging en de fok zijn precies
hetzelfde als bij de gevlekte python en de
kleine broedlingen eten meteen pasgeboren
muizen, ondanks hun schijnbaar tengere bouw. L.
perthensis is nog kleiner en bereikt een
maximumlengte van ongeveer 65 cm, maar ze eet
waarschijnlijk alleen gekko's. Als dit zo is, is
ze voor gevangenschap niet geschikt.
|