Gladde
slang
De
Coronella austriaca leeft in droge rotsige
gebieden, op heide en in open bos. Hij wordt
vijftig tot tachtig cm lang.
Van deze slanke, ronde slang zijn verschillende
kleurvari�teiten bekend, maar karakteristiek is
de donkerbruine streep aan beide zijden van de
kop. Deze is vrij klein en puntig; er is geen
duidelijke hals. Het is een verborgen levend
dier, dat overdag actief is. Hij voelt zich
thuis in verschillende droge milieus tot 1.800
meter hoogte en wordt zo nu en dan ook in
vochtige streken waargenomen. Hoewel hij zelden
in de felle zon ligt, houdt de gladde slang
ervan zich terug te trekken op warme
schaduwplekjes onder de rotsen. Vooral echte
hagedissen staan op zijn menu, verder kleine
slangen, jonge zoogdieren en insecten. Hij houdt
de prooi vast tussen een paar windingen van zijn
lichaam om hem te bedwingen, terwijl hij begint
met hem te verslinden.
In de paartijd bevechten de mannetjes elkaar om
partners. Het wijfje brengt in de herfst twee
tot vijftien levende jongen ter wereld; de
eischaal gaat bij de geboorte stuk. De
pasgeborenen zijn twaalf tot twintig cm lang. De
wijfjes worden volwassen als ze drie jaar oud
zijn; de mannetjes als ze vier jaar zijn.
|