De
glasgrondel
De
glasgrondel of Aphia minuta.
Beschrijving
Eerste rugvin met vijf vinstralen; tweede rugvin
met elf tot dertien, anaalvin met twaalf tot
veertien; borstvinnen met zestien tot achttien;
24-26 schubben van borstvin tot staart.
Doorschijnend lichaam, zodat wervelkolom en
ingewanden te zien zijn (in alcohol of formaline
wordt het lichaam geelwit). Schuin naar boven
gerichte bek. Gemakkelijk loslatende schubben.
Ze worden niet ouder dan ��n jaar. De paaitijd
valt in juni. Hun voedsel bestaat uit
roeipootkreeftjes, aasgarnalen, zeepokkenlarven
en algen. Glasgrondels leven meer pelagisch (aan
de oppervlakte) dan de andere grondelsoorten,
die alle bodemgebonden leven.
Lengte
Maximaal zes cm.
Verspreiding
Noordoost-Atlantische Oceaan, Noordzee en
Oostzee. Langs onze kust minder algemeen. In het
Noordzeekanaal werd een populatie aangetroffen.
|