Het
goudhaantje
Orde
: Passeriformes - familie : Sylviidae - geslacht
: Regulus en soort : Regulus regulus. Het
goudhaantje is familie van het Amerikaanse
roodkuifgoudhaantje en het vuurgoudhaantje.
De kleinste broedvogel van Europa, het
goudhaantje, is een schuw en geheimzinnig diere.
Hij valt niet op in zijn leefgebied in het
bosland. Hoewel hij klein is, is dit geharde
dier in staat tot grote prestaties, tijdens de
trek legt hij vaak enorme afstanden af. Omdat
het gezang van het goudhaantje mooi klinkt en
hij familie is van grotere tuinfluiters, staat
hij soms ook bekend als tuinfluiter.
Het goudhaantje leeft bij voorkeur in
naaldboombossen en gemengd bosland, maar komt
ook vaak in grote tuinen waar genoeg geschikte
bomen zijn. Hij houdt vooral van naaldbomen,
waaronder de Noorse spar, zilverspar, taxis,
cypres en bergspar. Actief en vlug fladdert deze
rusteloze vogel van boom naar boom, grotendeels
uit het zich in de schaduw van de bladeren. Zijn
aanwezigheid is makkelijk te ontdekken door zijn
onophoudelijk 'zee-zeeee-zeee'-geroep, en zijn
kwelende gezang. In de winter vormen sommige
goudhaantjes troepen en blijven binnen goed
gedefinieerde territoria, soms komen ze samen
met andere vogels zoals mezen. Andere trekken in
de herfst weg en vliegen enorme afstanden over
land en zee, naar Spanje, Oost-Europa en delen
van noordelijk Afrika.
Het goudhaantje eet spinnen en een
verscheidenheid aan insecten en hun larven.
Overdag zoekt hij constant eten, of hij springt
erlangs of hij hangt ondersteboven aan een tak
terwijl hij eten zoekt. Deze drukke vogel jaagt
vooral tussen de naalden van coniferen en de
bladeren, twijgen en bast van bladverliezende
bomen en struiken. Het vindingrijke goudhaantje
zweeft vaak boven een spinnenweb, en wacht
totdat hij vastzittende insecten kan pakken, net
als de spin zelf.
De paartijd loopt van april tot mei. Tijdens het
paringsritueel zet het mannetje zijn oranje kuif
en veren op en laat zijn vleugels hangen. Als ze
eenmaal paren hebben gevormd, beginnen het
mannetje en het vrouwtje met het bouwen van het
nest. Ongebruikelijk voor de meeste vogels is
dat goudhaantjes vaak twee nesten bouwen. Het
bouwen kan wel twee weken duren. Hoewel het
vrouwtje de eieren uitbroedt, worden de kuikens
eerst alleen maar door het mannetje gevoerd.
Daardoor kan het vrouwtje naar het tweede nest
vliegen, waar ze opnieuw eieren legt en
uitbroedt.
Hoewel goudhaantjes wijdverspreid en veel
voorkomen, kan hun aantal soms dramatisch
schommelen. Deze kleine vogels hebben veel last
van slecht weer, ze hebben bijvoorbeeld enorm te
lijden gehad onder de extreem koude Britse
winters begin de jaren zestig. Goudhaantjes zijn
vooral kwetsbaar tijdens de trek. Afname van
leefgebied in het bosland vormt ook een
bedreiging voor hun populatie.
|