|
De
goudharder
De
goudharder of Liza aurata.
Beschrijving
Eerste rugvin met vier stekels, tweede rugvin
met 9-10 en anaalvin met 11-12 vinstralen. 40-47
schubben op de zijlijn.
Rug grijsblauw, zilverkleurige flanken met vage,
grijze lengtestrepen; witte buik. Grote
goudkleurige vlek op de kieuwdeksels. Geen
donkere vlek aan de basis van de borstvinnen.
Bovenlip dunner dan de halve ooglengte en zonder
papillen.
Borstvinnen lang, naar voren gebogen tot of
voorbij de oogpupillen reikend.
In 1978 werd voor het eerst gemeld dat er
goudharders in de Nederlandse Waddenzee werden
gevangen; dit was twee jaar eerder al van Duitse
zijde vernomen. Na verder onderzoek bleek dat er
al in 1939 bij Domburg goudharders gevangen
waren.
Lengte
Maximaal 50 cm.
Verspreiding
Oost-Atlantische Oceaan en Noordzee. Langs onze
kust sporadisch voorkomend.
|
