De
harlelijneend
Orde
: Anseriformes - familie : Anatidae - geslacht :
Histrionicus en soort : Histrionicus
histrionicus. In de voedselrijke kustwateren van
het poolgebied leven verschillende
eendensoorten, waaronder vier soorten
eidereenden, drie soorten zee-eenden en de
ijseend.
De harlekijneend houdt van ruige, door stormen
geteisterde zee�n en bergbeken, en mijdt de
kalme wateren waar de meeste andere watervogels
op afkomen. Dapper vecht hij tegen krachtige
stromingen. Wanneer in het binnenland in de
lente het ijs smelt, volgt deze eend de rivieren
stroomopwaarts om te broeden. Aan het einde van
de zomer keert hij terug naar de kust.
In de herfst verzamelen harlekijneenden zich bij
rotsige kapen en onder steile kliffen. Ze
begeven zich zelden verder dan driehonderd meter
buiten de kust. In de Atlantische Oceaan telt
een groep niet meer dan vijftig exemplaren, in
de Grote Oceaan komen honderden vogels bij
elkaar. Bij de trek naar hun nestelgebieden
nemen harlekijneenden zelden de korte vliegroute
over land. Ze volgen de rivieren en passeren
bruggen eerder onder- dan bovenlangs.
Harlekijnen houden van afgelegen gebieden, ver
van menselijke invloeden. De eenden komen veel
en op veel verschillende plaatsen voor. De
grootste populatie bevindt zich bij de Aleoeten
in de ijzige Beringzee, tussen Alaska en
Siberi�. Aan het einde van het broedseizoen,
verzamelen zich tot wel een miljoen harlekijnen
langs de kust. Toch worden de vogels soms door
mensen bedreigd. In 1989 bijvoorbeeld
stierven duizenden harlekijnen bij de ramp met
de tanker Exxon Valdez in Alaska, waarbij enorme
hoeveelheden ruwe olie in zee spoelden.
De harlekijneend is ��n van de meest
gespecialiseerde eters ter wereld en jaagt
alleen in ondiep, turbulent water. Broedpaartjes
vestigen een territorium langs een snelstromend
deel van de rivier. Het liefst hebben ze een
kiezelrijke plek, omdat hier de meeste
ongewervelde dieren voorkomen. Tijdens de zomer
vangt hij onder meer larven van kokerjuffers en
eendagsvliegen, kevers, waterslakken, wormen en
visjes, naast vliegen en muggen. Zijn duiken
onder water zijn kort, maar frequent en duren
slechts vijftien tot twintig seconden. Tijdens
de winter duikt de harlekijn vooral naar week-
en schaaldieren. Het water mag niet dieper zijn
dan drie tot vier meter.
Tijdens de winter, als ze nog op zee zijn,
vormen harlekijnen paartjes. Het nest word
bekleed met dons en bestaat uit een dunne laag
gras met twijgen en bladeren. Enkele uren na het
uitkomen van de eieren kunnen de jongen al
foerageren, hoewel het vrouwtje hen twee maanden
in de gaten houdt. Aan het eind van de zomer
vertrekt ze met haar jongen naar zee.
|