Heliconius
melpomene
Deze
vlinder vliegt van Mexico tot aan Brazili�. Er
zijn tientallen ondersoorten van bekend. Ook van
elke individuele ondersoort komen verschillende
vormen voor die elk lijken op een ondersoort van
H. erato. Aan dit bijzonder ingewikkelde
mimicrycomplex zijn al vele studies gewijd. De
vlinder prefereert bosachtige gebieden. Hij
vliegt daar langs de randen en op open plekken,
maar mijdt de volle zon. De vlinders verzamelen
stuifmeel vooral van psiguriabloemen, maar
bezoeken ook lantana en hamilia.
Eitjes worden gelegd op jonge blaadjes van
passifloraplanten. Rupsen zijn witgekleurd met
zwarte stipjes. Hun kop is oranjegeel. Verder
hebben ze een groot aantal stekels op hun
lichaam. In gevangenschap kan deze vlindersoort,
mits hij onder de juiste omstandigheden wordt
gehouden, zeer goed gekweekt worden. Hij is een
graag geziene gast in overdekte vlindertuinen,
omdat hij het hele jaar door als vlinder te zien
is, die bovendien graag rond mensen fladdert.
|