Rubriek :
Historische figuren
Hendrik IV van Duitsland
(11 nov. 1050 - Luik
7 aug. 1106), Duits koning van 1056 tot 1106 en keizer van 1084
tot 1106, uit het Salische Huis, was een zoon van Hendrik III en
diens tweede gemalin, Agnes van Poitou. Na het overlijden van
zijn vader kwam Hendrik onder regentschap van zijn moeder, die
geen krachtige figuur was en geen weerstand bood aan de ambities
van aartsbisschop Anno van Keulen en aartsbisschop Adalbert van
Bremen om zich van het bestuur meester te maken. In 1065
aanvaardde Hendrik IV zelf de regering. De eerste moeilijkheden
ontstonden in Saksen door een conflict met Otto van Nordheim,
hertog van Beieren, wiens goederen in Saksen de koninklijke
politiek in de weg stonden. Dit leidde ertoe dat aan Otto van
Nordheim het hertogdom Beieren ontnomen werd. In 1073 en 1075
ontstonden opstanden in Saksen, die Hendrik IV bedwong. Veel
ernstiger was het conflict met de paus. Daarbij ging het om de
heerschappij in de kerk in het Duitse Rijk, o.m. om de benoeming
van bisschoppen en rijksabten (zie Investituurstrijd). In 1076
brak het conflict tussen de paus en Hendrik IV in volle
hevigheid los, eerst met Gregorius VII en daarna met diens
opvolgers. Hendrik IV liet door de Duitse bisschoppen Gregorius
VII afzetten. Deze deed de koning in de kerkelijke ban, waarna
de koning in Canossa boete deed (1077) en zich van de ban
bevrijdde. Niettemin ging de strijd verder met wisselend succes
voor Hendrik IV. In 1084 bezette Hendrik IV Rome en werd hij
door de tegenpaus Clemens III tot keizer gekroond. Het verzet
van tegenkoningen (Rudolf van Rheinfelden, hertog van Zwaben, in
1080 en Herman van Salm in 1088) werd gebroken. Na 1190
begonnen, mede door de intriges van paus Urbanus II (1088-1099),
in het Duitse Rijk opnieuw moeilijkheden te ontstaan, die
leidden tot verzet van de vorsten tegen Hendrik IV en tot
verraad van zijn zoon Koenraad (1097) en later van zijn zoon en
opvolger Hendrik V (1105). Het kwam zelfs tot gevangenneming van
Hendrik IV door zijn zoon in 1105. De koning wist te ontvluchten
naar Luik, waar hij steun ontving van de burgers, evenals van de
burgers van Keulen. Tijdens een laatste poging zijn koningschap
te verdedigen tegenover de vorstenoppositie overleed Hendrik IV
te Luik. Doordat hij bij zijn dood nog in de kerkban was, werd
zijn gebeente eerst in 1111, na opheffing van de ban, bijgezet
in de dom van Spiers. Hendrik was eerst gehuwd met Bertha van
Susa, dochter van de markgraaf van Savoye, daarna met Praxedis,
een Russische prinses, die hem verliet.