W ORLD E XPLORER     

Siteoverzicht
Email
Homepage
     

Rubriek : Archeologie

Het Industri�le Tijdperk

De uitvinding van de stoommachine legde de basis van de Industri�le Revolutie en door de daaropvolgende bouwactiviteiten zou het aanzicht van veel landen drastisch veranderen. De eerste industri�le centra ontstonden in de buurt van grote kolenbekkens - het Ruhrgebied in Duitsland, Birmingham in Engeland en Pennsylvani� in de Verenigde Staten hadden alle een schier onuitputtelijke voorraad steenkool voor hun opkomende industrie. De stoommachine en nieuwe uitvindingen vergrootten de productie en leidden tot nieuwe opvattingen over massafabricage. De kwaliteit van de producten werd verbeterd door de precisie van de machines en de verwisselbaarheid van machinaal geproduceerde onderdelen onderstreepte de nauwkeurigheid en de consistentie van het mechanisatieproces. Voorwerpen die op deze manier werden geproduceerd, misten de stempel van de individuele ambachtsman, waardoor identificatie bemoeilijkt wordt omdat alle producten van eenzelfde type machine er hetzelfde uitzien. Door deze uniformiteit en het grote aantal objecten in deze periode vertrouwen archeologen meer op documenten en tekeningen om de oorsprong van hun vondsten te achterhalen. (foto : de Ford-fabriek)

Een 'fabriek' - Birmingham in Engeland
In 1761 stichtte Matthew Boulton (ingenieur, 1728-1809) ��n van de eerste fabrieken ter wereld, de Soho Manufactory, op een terrein in Birmingham (midden-Engeland). In het begin gebruikte men waterkracht voor het slaan van munten en het maken van gespen en knopen. In 1774 ging Boulton samenwerken met James Watt en zij ontwikkelden een verbeterde stoommachine, die de productiecapaciteit vergrootte. Hoewel de gebouwen er niet meer zijn, hebben plaatselijke archeologen uit plattegronden van onder andere Boulton zelf, hun locatie ongeveer kunnen bepalen. Men moest voldoende restanten vinden om het hele complex in kaart te kunnen brengen. Men wilde ook vaststellen of onder de later gebouwde huizen voldoende restanten waren om de plaats van de afzonderlijke gebouwen te kunnen bepalen. Door deze doelstellingen concentreerde men zich op het munthuis en het hoofdgebouw.
Door de schacht te volgen die in de sleuf was gevonden (over een lengte die in de kwitantie van 1850 wordt genoemd), kwam men bij het centrum van de oude Latchet Works. Uit bestaande documenten wist men al dat de stansruimte gehuisvest was in een gebouw dat in 1794 als Latchet Works was gebouwd en het centrale vertrekt in dit gebouw drie verdiepingen hoog was. Toen ook nog ongeslagen munten en knopenafval uit de sleuf kwamen, raakte men er steeds sterker van overtuigd de stansruimte te hebben gevonden. Men wist dat het centrale vertrekt een neoklassiek interieur had gehad en het plafond op Dorische zuilen rustte. Onder de vloer lagen de hoofdtandwielen, die de draaiende beweging van de drijfas transformeerden in een aandrijfkracht voor de persen. Dit was het centrum van een door stoom aangedreven arbeidsproces, waarbij voorwerpen met een snelheid van ��n per seconde konden worden gemaakt. Aan het andere einde van de schacht ontdekte men de put die het water voor de stoommachine leverde.
(foto : stoommachine van Boulton en Watt, 1782)
 


Klik hier om deze pagina als je startpagina in te stellen !

Google
 
Web www.worldexplorer.be
www.infoblog.be
© 2006 - WorldExplorer