De
houting
De
houting of Coregonus oxyrinchus.
Beschrijving
Rugvin en anaalvin met twaalf tot vijftien
vinstralen; 80-90 schubben op de zijlijn.
Groengrijze rug, zilverkleurige flanken en buit;
snuitpunt, punt van rugvin en van borstvinnen is
donker van kleur; overige vinnen zonder pigment.
Lange, vlezige, puntige snuit; bek onderstandig.
Uiteinden van de bovenkaak reiken nauwelijks tot
aan het begin van de oogrand.
Houtingen kwamen voor in de Zuiderzee, in de
benedenloop van rivieren en in het Deltagebied.
Ze verdwenen echter omstreeks 1940 uit onze
fauna. In Denemarken bleken nog houtingen in de
rivier de Vida aanwezig. Een Deens/Duits
reddingsprogramma sinds 1982 resulteerde in het
uitzetten van miljoenen jonge houtingen, die
opgroeien in de Deense Waddenzee. In 1996-1997
werden volwassen exemplaren in het Ijsselmeer
aangetroffen. Houtingen paaien in oktober en
november in traag stromende benedenlopen van
rivieren. De eieren komen pas in het voorjaar
uit.
Lengte
50 cm.
Verspreiding
In de Deense en Duitse Waddenzee, voornamelijk
in Deense (op Jutland) en Noord-Duitse (de Eider)
rivieren gekweekte exemplaren.
|