Indische
antilope
Groep : op het land levende
zoogdieren
De
Indische antilope is ��n van de gazellen uit de
uitgebreide subfamilie Antilopinae waartoe ook
dwergantilopen behoren. De lichtvoetige,
elegante en sierlijke Indische antilope is ��n
van de weinige antilopen waarbij het mannetje en
vrouwtje in kleur verschillen. De bok heeft een
donkerbruine vacht die scherp afsteekt tegen
zijn witte onderlijf en op zijn kop pronken twee
gedraaide hoorns. De hinde is beige met wit en
heeft geen hoorns. Ooit zwierven deze dieren met
miljoenen tegelijk over de Indiase vlakten, maar
hun aantal is fors afgenomen.
Een kudde Indische antilopen bestaat uit
maximaal vijftien dieren, gewoonlijk hinden met
hun jongen en een enkele voswassen bok als
leider. Andere volwassen mannetjes leven in
aparte groepen. Op plaatsen waar veel voedsel te
vinden is, voegen de kuddes zich soms samen om
van de overvloed te profiteren. De antilope
vertrouwt op zijn snelheid als middel om aan de
roofdieren zoals luipaarden en wilde honden te
ontsnappen. Daarom geeft hij de voorkeur aan
open vlakten waar vijanden gemakkelijk te zien
zijn. Graslanden en halfwoestijnen met wat
bosjes als beschutting zijn ideaal. Meestal
waarschuwt een hinde de rest van de kudde voor
gevaar. Ze maakt dan enkele hoge, vlugge
bokkensprongen en na enkele tellen brengt de
hele kudde zich al springend in veiligheid. De
Indische antilope kan snelheiden bereiken van
tachtig kilometer per uur. De cheeta is het
enige roofdier dat hem in kan halen, maar die is
sinds 1950 uit India verdwenen.
Als een volwassen mannetje wil paren kiest hij
een gebied uit waar veel gras groeit om hinden
te lokken. Hij markeert het gebied met zijn geur
en jaagt andere bokken weg door dominant met
zijn hoofd te schudden. Een drachtige hinde
verlaat na zes maanden de kudde om op een
beschutte plaats haar kalf ter wereld te
brengen. Na een paar dagen is het jong sterk
genoeg om mee te gaan naar de kudde.
De Indische antilope eet voornamelijk gras, maar
hij lust ook fruit, bloemen, bladeren en graan.
Als de hete zomer aanbreekt, trekken de meeste
andere gras etende dieren naar minder droge
gebieden. De Indische antilope blijft achter en
voedt zich met droog gras en vochtige wortels
die hij opgraaft met zijn scherpe hoeven.
Tijdens het droge seizoen graast de gazelle 's
ochtens vroege en 's avonds, en ligt overdag te
herkauwen.
Honderd jaar geleden leefden er naar schatting
ongeveer vier miljoen antilopen in India.
Tegenwoordig zijn het er slechts enkele
duizenden. Voor veel mensen in India is het een
heilig diere en de Indische antilope is ��n van
de tekenen van hun dierenriem. Heden ten dage
lijdt de soort vooral onder de oprukkende
boerenbedrijven die hun leefgebied bedreigen en
de meeste kuddes leven in reservaten.
|