Rubriek :
Historische figuren
Irene
(Athene 752 - Lesbos
9 aug. 803), Byzantijnse keizerin en laatste vorstin uit de
Isaurische dynastie (717-802), was begaafd, gedreven door
machtswellust en een fanatiek aanhangster van de
beeldenverering. In 768 huwde ze keizer Leo IV (775-780), die de
beeldenverering bestreed (zie iconoclasme). Van 780 tot 790
officieel samen met haar minderjarige zoon Constantijn VI
(780-797) op de troon, deed zij in 787 door het 7de Oecumenisch
Concilie van Nicaea de beeldenverering herstellen, waardoor een
einde werd gemaakt aan de eerste golf van het iconoclasme.
Constantijn VI regeerde alleen vanaf 790, vanaf 792 opnieuw
samen met Irene, maar hij gedroeg zich zo onbehendig en immoreel
dat hij in 797 werd aangehouden en op bevel van zijn moeder
blind gemaakt. Van 797 tot 802 heerste Irene nu als keizer (niet
als keizerin), steunend op de zelotenpartij van de monniken. Zij
onderwierp de Slavische elementen in Griekenland (783).
Negatieve aspecten van haar regering waren: aftakeling van
financi�n en leger, opstand van rivalen in de hoofdstad en op
Sicili� (780-782), nederlagen tegen Arabieren (782-798) en
Bulgaren (788-792). Haar pogingen het Frankische optreden in
Itali� (788-798) een halt toe te roepen liepen op een mislukking
uit. Van het plan voor een huwelijk tussen Karel de Grote en
Irene kwam niets terecht. Ten slotte verdreef een
paleisrevolutie van ambtenarij en legerleiding Irene in het jaar
802 van de troon en werd zij naar Lesbos verbannen.