Rubriek :
Historische figuren
Joannes-Baptista
Forceville
Forceville,
Joannes-Baptista (Abbeville of Rijsel ca. 1660 - Brussel 29 juni
1739), Zuid-Nederlands orgelbouwer van Frans-Vlaamse afkomst,
woonde ca. 1686 te Antwerpen en vestigde zich in 1706 te
Brussel, waar hij aan het hof verbonden was. Aanvankelijk bouwde
hij traditionele instrumenten in de geest van de Frans-Vlaamse
school (o.a. te Boekhoute, 1680; Loenhout, 1683; Hemiksem, 1690;
Ekeren, 1694; Aalst, 1703), maar beoogde geleidelijk een
synthese van de Franse en Duitse orgelbouwscholen tot stand te
brengen. Daarin slaagde hij niet, deels wegens gebrek aan
belangstelling van zijn opdrachtgevers, deels door technologisch
falen. Hij ontwierp vervolgens een orgelfront in de breedte, met
een verlaagd middendeel, dat de ruimte tussen twee pilaren vult
en waarbij het positief centraal staat, maar niet gescheiden van
het hoofdwerk (Mechelen, St.-Paulus, 1713; Lier, Begijnhof,
1719; Antwerpen, St. Carolus Borromaeus, 1720-1722; St.-Jacob,
1726). Te Ninove (abdijkerk, 1728) bouwde hij opnieuw een
traditioneel orgel, echter met twee pedaaltorens. Hij
moderniseerde ook beroemde orgels als die van de kathedraal
(1727) en St.-Paulus (1732) te Antwerpen. Forceville vormde een
belangrijke school: P. van Peteghem, J.J. van der Haeghen en
J.B.N. Goynaut werkten in zijn atelier. Voornamelijk te
Antwerpen (St.-Jacob, St.-Carolus Borromaeus en St.-Paulus) is
origineel pijpwerk van Forceville bewaard gebleven. Zijn
orgelkasten werden vaak vervaardigd door beroemde beeldhouwers
als J.P.I. van Baurscheit (St.-Carolus Borromaeus, Antwerpen),
J.B. van der Haeghen (abdijkerk, Ninove), Michiel van der Voort
(koororgel St.-Jacob, Antwerpen).