Rubriek :
Historische figuren
Karel Jonckheere
Jonckheere, Karel
(Oostende 9 april 1906 - Rijmenem 14 dec. 1993), Belgisch
Nederlandstalig schrijver, was leraar (1929-1945) en ambtenaar
(1946-1973). Hoewel hij ook novellen, reisverhalen, kritieken en
essays heeft geschreven, was hij in de eerste plaats dichter. De
individuele belijdenislyriek is overwegend in zijn uitgebreide
productie. Zij wordt door het dagelijks bestaan ge�nspireerd en
handhaaft zich op het realistische vlak van het autobiografische
feit en de anekdote, maar een en ander wordt gesublimeerd rondom
enkele thema's: de ouders en de voorouders, de zee, de liefde en
het verdriet van een kinderloos paar, de dood, God, en sinds ca.
1950 het ontgoochelende leven. Erkenning als dichter verwierf
Jonckheere voorgoed met de onvoltooide suite Spiegel der zee
(1946). Bitterheid en ontgoocheling kenmerken De hondenwacht
(1951). Deze gevoelens worden vanaf Van zee tot schelp (1955)
verzacht door ironie en door spirituele buitelingen, waartoe
Jonckheeres aangeboren speelsheid en spitsvondigheid nu ook de
verworvenheden van de experimentele po�zie weten aan te wenden.
De oudere dichter bevestigt met klem zijn aardse credo in De
overkant is hier (1981) en Recht op da capo (1988). Zijn
opvatting van de po�zie heeft hij vastgelegd in De po�ziemuur
doorbreken (1958). Een originele proeve van astrologische en
grafologische literatuurbeschouwing leverde hij resp. met Een
hart onder de dierenriem (1967) en Toon mij hoe je schrijft
(1972). Hij was ook een pittig en raak schrijver van anekdoten
en aforismen en van boeiende memoires.