W ORLD E XPLORER     

Siteoverzicht
Email
Homepage
     

Rubriek : Ongewervelde dieren
 

De kompaskwal

Orde : Semaeostomeae - familie : Ulmaridae - geslacht : Chrysaora en soort : Chrysaora hysoscella. De kompaskwal behoort tot de klasse Scyphozoa, die uit minstens tweehonderd soorten schijfkwallen bestaat.
Omringd door planktonrijk oceaanwater drijft de kompaskwal mee met de stroming. Achter zich aan sleept hij zijn lange tentakels, waarmee hij voedsel vangt. Hij is afhankelijk van een zenuwstelsel voor het beheersen van de processen die hem in leven houden. In het volwassen stadium wordt de kwal medusa genoemd, naar een mythisch monster bij wie slangen uit het hoofd groeiden.
De kompaskwal dankt zijn naam aan het stervormige patroon boven op zijn klokvormige lijf, dat aan de 32 streken van een traditioneel scheepskompas doet denken. Hij is een eenvoudig organisme. Zijn lijf bestaat voornamelijk uit gelei, ingesloten tussen twee lagen cellen (de microscopische eenheden waaruit de lichamen van alle dieren zijn opgebouwd). E�n cellaag vormt de opperhuid, die is uitgerust met een zenuwstelsel en spieren. De andere cellaag vormt de maagwand. Ook de vier geplooide mondarmen en de 24 dunne tentakels zijn voorzien van een cellaag. Omdat alle cellen in contact staan met het water, kan hij alle zuurstof opnemen die hij nodig heeft, zonder dat er kieuwen of bloed aan te pas hoeven te komen.
De levenscyclus van de kompaskwal bestaat uit het medusa- en het poliepstadium. Als medusa bezit de kwal zowel mannelijke als vrouwelijke seksuele organen. Als de zee opwarmt in het voorjaar, drijft de medusa door het water en ontdoet zich van eitjes en zaadcellen. De bevruchte eitjes groeien uit tot poliepen, kleine ongeslachtelijke organismen. Deze zetten zich vast op de bodem. Daarna ontwikkelen ze kroontjes met tentakels die voor voedsel zorgen, net als de zeeanemonen. Een poliep verandert langzaam van vorm tot hij op een stapel kleine schoteltjes lijkt. Om beurten breken de schoteltjes af en drijven weg. De miniatuurkwalletjes drijven tussen het plankton (minuscule zwevende plantjes en diertjes) en eten en groeien tot ze groot genoeg zijn om zich voort te planten.
Dobberend tussen het plankton gedraagt de kwal zich als een mobiele val. Zijn tentakels zijn bezet met kliercellen die netelcellen worden genoemd. Deze cellen harpoeneren hun prooi met neteldraad en verlammen die met gif. Vervolgens wordt het neteldraad met prooi en al teruggetrokken.
De kwal beweegt zich door het water met een reeks elegante pulsaties. Hierdoor is de kwal in staat dicht bij het zeeoppervlak te blijven, waar veel voedsel te vinden is. Omdat hij maar heel langzaam zinkt, hoeft hij zich daar niet bijzonder voor in te spannen.


Klik hier om deze pagina als je startpagina in te stellen !

Google
 
Web www.worldexplorer.be
www.infoblog.be
© 2006 - WorldExplorer

Bezoek ook: www.infoblog.be
Meer weten over gezondheid? --> http://gezondheid.infoblog.be
Meer weten over huisdieren? --> http://huisdieren.infoblog.be