Rubriek : De
mens - algemeen
De leer van Zarathoestra
In de zevende of
zesde eeuw voor Christus trad er in het Perzische Rijk een
godsdienstleraar op wiens verkondiging door de Iraanse volken
zonder uitzondering werd aangenomen. Tot op de dag van vandaag
wordt zijn leer door de Parsen of Parsis in Voor-Indi�
aangehangen. Deze mensen gingen in de zevende eeuw na Christus
weg uit Perzi�, omdat hun land door moslims was onderworpen.
De naam van de geloofsverkondiger was Zarathoestra of Zoroaster
en hij was waarschijnlijk afkomstig uit Bactri�, dat in het
tegenwoordige Russische Turkestan lag. Aan hem zou de vorst der
goden, Ahoera Mazda of Ormoezd, de goddelijke waarheid
geopenbaard hebben. Zarathoestra legde die openbaring vast in
het heilige boek Zend-Avesta. Volgens de legende heeft Alexander
de Grote dit laten vernietigen, maar de Perzen schreven het uit
hun geheugen weer op.
Zarathoestra
wilde het bestaande geloof aan de zonnegod Mithras niet
afschaffen, maar het zelfs verder ontwikkelen en verdiepen. Naar
zijn overtuiging was de hele schepping verdeeld in twee rijken,
namelijk dat van het licht en het goede, waar Ahoera Mazda
heerste, en dat van de duisternis en het kwaad, waar Ahriman
heerste.
De goede god Ahoera Mazda werd gesteund door zeven goede geesten
en Ahriman door een aantal kwade geesten. Beide machten waren
steeds met elkaar in strijd. Daarbij konden de mensen Ahoera
Mazda steunen door goede dingen te doen en niet te luisteren
naar de boze influisteringen van Ahriman. Dat was volgens
Zarathoestra des te belangrijker, omdat de menselijke ziel
onsterfelijk is en na het leven op aarde ter verantwoording zal
worden geroepen.
Omdat Ahoera Mazda de god van het licht was, had hij ook de
zuivere en onoverwinnelijke zonnegod Mithras, de maan en de
flonkerende sterren geschapen. Deze werden door de Perzen even
zeer aanbeden en vereerd met offfers. Ook het vuur werd eer
bewezen, omdat het de zoon was van Ahoera Mazda en in het
duister van de nacht de boze geesten verdreef. De Perzen lieten
om die reden het heilige vuur in de haard steeds branden.
De eeuwige strijd tussen Ormoezd en Ahriman zal tenslotte door
de eerste gewonnen worden. Dan zal het rijk van het llicht
heersen over de aarde. De mensen die een goed en zuiver leven
hebben geleid, zullen in dit rijk van het licht worden
opgenomen. De voorschriften die Zarathoestra gegeven had omtrent
de levenswijze, werden na zijn dood door de priesters zeer
uitvoerig uitgewerkt. Op die manier werd zijn leer tot een
godsdienst met vele uiterlijke vormen. Het volledig in acht
nemen van de ontelbare voorschriften kostte veel tijd en
energie, maar het gaf de priesters wel een grote macht. De
priesters, magi�rs geheten, waren raadslieden van de Perzische
koningen, aan wie ze dromen uitlegden, vreemde
natuurverschijnselen verklaarden en de toekomst voorspelden.
De nadruk die in de leer van Zarathoestra gelegd werd op het
hebben van goede gedachten, maakte dat de maatschappelijke
ordening van een Perzen een hoogstaand karakter had. Diefstal
was ten strengste verboden. Dieven, die in de duisternis werken,
hadden een verbond met de boze geesten. Ook iemand die iets
geleend had maar het niet teruggav, werd als een dief beschouwd.
Het spreken van de waarheid, de trouw aan het eens gegeven woord
en de gastvrijheid tegenover een ieder, ook tegenover
vreemdelingen, werd de Perzen van jongs af aan bijgebracht.
Hoewel het nakomen van allerlei reinheidsvoorschriften voor de
volgelingen van Zarathoestra erg belangrijk was, werd er aan
seksuele onthouding of kuisheid geen bijzondere waarde gehecht.
Een ongehuwd leven leiden, achtte men zelfs zondig. Een huwelijk
op jeugdige leeftijd werd algemeen wenselijk geacht.
Veelwijverij was een heel normaal verschijnsel en iedere Pers
die het zich financieel kon veroorloven, hield er een aantal
vrouwen en soms ook nog bijvrouwen op na. Ook kinderrijkdom werd
zeer gewaardeerd. Kinderrijke gezinnen werden door de koning elk
jaar met een groot geschenk beloond.
De man was in het gezin de baas. Zowel zijn vrouwen als zijn
kinderen waren hem volledige gehoorzaamheid verschuldigd.
Merkwaardig was dat een huwelijk tussen bloedverwanten, zelfs
tussen een broer en een zus, geoorloofd was. De opvoeding van de
jongens werd maar kort aan de moeder overgelaten : tot het
vijfde jaar. Daarna nam de vader de opvoeding op zich. Op zijn
vijftiende jaar werd de jonge Pers als volwassen beschouwd. Dan
werd hem op plechtige wijze het heilig snoer omgedaan, dan
bestond uit 72 draden van wol of kameelhaar. Dit snoer zou hij
nooit meer afleggen, want het gaf niet alleen aan dat hij
voortaan persoonlijk verantwoordelijk was voor zijn daden, maar
het beschermde hem ook tegen de invloed van de boze geesten. De
invloed van de leer van Zarathoestra was, mede door de omvang
die het Perziche Rijk bereikte, in het hele Nabije Oosten vrij
aanzienlijk. Ook in de bijbel vindt men er vele sporen van
terug, al zou het alleen al het bestaan van de duivel als de
macht van het kwade zijn. (foto : een camee of gesneden
halfedelsteen met als tafereel een veldslag tussen de Perzen en
de Romeinen)