Rubriek :
Plant - algemeen
Lobelia
Lobelia
(naar de plantkundige Lobelius), plantengeslacht uit de
Klokjesfamilie, ook wel tot de afzonderlijke familie Lobeliaceae
of Lobeliafamilie gerekend. Er zijn ca. 380 soorten, die vooral
in de tropen en subtropen voorkomen. Bij dit geslacht is de
kroonbuis aan de bovenzijde gespleten en zijn de helmknoppen met
elkaar vergroeid.
E�n soort, de waterlobelia (L. dortmanna), is in Nederland en
Belgi� (aldaar integraal beschermd) inheems, het is een steeds
zeldzamer wordende 20-70 cm hoge waterplant van vennen en
voedselarme sloten. Er is een ondergedoken bladrozet en een
vrijwel bladloze, holle stengel, die eindigt in een arme tros
van bloemen. De bloemkroon is wit met lichtblauwe kroonbuis (juli-aug.).
In Oost-Afrika komt een groep van soorten voor die boomlobelia's
genoemd worden. Dit zijn geen echte bomen, maar grote
kruidachtige planten met dikke, onvertakte stengels die wel tot
8 m hoog kunnen worden. Boven de bladen komt na verloop van tijd
een grote bloeiwijze; na de bloei sterft de plant af. Een aantal
Lobelia-soorten wordt als tuinplant geteeld. Zeer algemeen in
perken en randen en ook in bloembakken is de tuinlobelia (L.
erinus), afkomstig uit Zuid-Afrika. Deze 15-30 cm hoge,
eenjarige plant heeft uitgespreide, vertakte, iets opstijgende
stengels en bloemen in trossen. De bloemkroon is diepblauw of
lichtblauw, vaak met een wit hart.