| 
												 
													
															Metamorfose bij amfibie�n 
															 
														
														
															 Amfibie�n
															lijken op de afstammelingen van de eerste
															ongewervelde dieren die het water verlieten om
															op land te gaan leven. De levensloop van een
															amfibie is een mooi voorbeeld van dit
															evolutionaire proces. Na de larvefase in het
															water onderdgaat hij radicale veranderingen in
															de overgang tot een volwassen dier. Dit proces
															heet gedaanteverwisseling of metamorfose. 
															De 4750 bekende amfibiesoorten worden verdeeld
															in drie ondersoorten : salamanderachtigen,
															kikvorsachtigen en de wormsalamanders. Alle
															doorlopen op enig moment in hun leven een
															metamorfose, die bestaat uit een eifase, een in
															het water doorgebrachte larvefase en een leven
															als volwassene op land. Kikkers en padden
															doorlopen de meest drastische metamorfose. De
															larven van de gewone Europese kikker
															bijvoorbeeld zijn compleet anders dan de
															volwassen kikkers, zowel in- als uitwendig. Bij
															wormsalamanders en watersalamanders verloopt het
															proces wat minder opvallend. Maar bij alle drie
															de ondersoorten komen uitzonderingen voor.
															Sommige soorten leven helemaal op het land,
															andere blijven altijd in het water. De meeste
															hebben zich op de ��n of andere manier aan hun
															omgeving aangepast. 
															Kikkers en padden brengen ��n tot drie maanden
															in het water door als larven. De dikkopjes van
															de gewone pad hebben externe kieuwen zoals
															vissen, ogen zonder oogleden en een hoornachtige
															bek met een tandachtige structuur erin. Hun
															grote staarten hebben vinnen en de aanzet van
															achterpoten is zichtbaar. Als het dikkopje zich
															tot volwassen dier ontwikkelt (zie foto)
															ondergaat hij dramatische veranderingen waardoor
															hij op het land kan leven, eten en zich kan
															voortbewegen. Zijn achterpoten groeien en er
															komen voorpoten te voorschijn. Hij ontwikkelt
															kaken, tanden en een tong evenals oogleden en
															longen. De staart wordt in het lichaam opgenomen
															en zijn huid verandert. Hij ontwikkelt een maag
															en ingewanden om van plantaardig voedsel over te
															kunnen gaan op het eten van vlees. Deze
															metamorfose wordt geregeld door hormonen. 
															Het proces van de metamorfose verloopt niet bij
															alle amfibie�n hetzelfde. Bij de meeste, zoals
															de roodrugsalamander, leven de larven in het
															water en de volwassen dieren op het land. De
															Chinese reuzensalamander echter leeft volledig
															in het water terwijl andere soorten zoals de
															vuursalamander juist helemaal op het land leven.
															De larven van een salamander hebben bijna altijd
															kieuwen, ogen zonder oogleden en een lang lijf.
															De staart is plat met rug- en buikvinnen en er
															is vaak een aanzet te zien waar later voorpoten
															zullen groeien. 
															Er zijn een aantal factoren die be�nvloeden hoe
															lang de larveperiode duurt, zoals lage
															temperaturen, gebrek aan voedsel en droogte. Bij
															de meeste kikkers en padden is deze fase ��n tot
															drie maanden lang. In droge omstandigheden kan
															dit soms echter beperkt blijven tot maar een
															paar dagen. De woestijnkikker heeft slechts acht
															dagen als larve voordat hij verandert in een
															volwassen kikker.
														
													
											  |