Mississippi-alligator
De
Alligator mississippiensis leeft in moerassen,
rivieren en drassige streken. Hij wordt tot vijf
en een halve meter lang.
Deze alligator, die eens tot uitsterven toe werd
bedreigd door jagers en door aantasting van zijn
leefmilieu, is tegenwoordig beschermd door
natuurbeschermingswetten, zodat hij weel in
aantal toeneemt. Deze alligators paren
gewoonlijk in ondiep water in april; de balts is
traag en rustig. Het mannetje blijft
verscheidene dagen vlak bij het wijfje alvorens
te paren, waarbij hij zo nu en dan met zijn
voorpoten over haar lichaam strijkt. Wanneer zij
bereid is, wrijft hij haar keel met zijn kop en
blaast hij belletjes langs haar wangen. Het
wijfje zoekt een nestplaats vlakbij het water en
schraapt met vegende bewegingen van haar lichaam
en staart alle mogelijke plantenresten bij
elkaar. Ze vormt een heuvel uit het materiaal
met een holte binnenin voor de eieren. Ze legt
28 tot 52 eieren en kruipt over de heuvel om de
holte dicht te maken met meer plantenafval. Ze
bewaakt het nest gedurende de
ontwikkelingsperiode van ongeveer 65 dagen. Als
de jongen uitkomen, roepen zij hun moeder om
haar te nest te laten openmaken en ze te
bevrijden. Ze blijven wel drie jaar bij haar.
|