De
nachtegaal
Orde
: Passeriformes - familie : Turdidae - geslacht
: Luscinia en soort : Nachtegaal. De nachtegaal
is ��n van de ongeveer driehonderd soorten van
deze familie van tapuiten en zanglijsters.
De nachtegaal wordt vaak eerder gehoord dan
gezien, en is beroemd om het prachtige gezang
van het mannetje tijdens de paartijd. Maar
hofmakerij is niet de enige reden om te zingen,
het is ook een manier om het territorium te
markeren. De vogel ziet er slonzig uit voor zo'n
geweldige zanger, maar zijn bruine veren
camoufleren hem terwijl hij rondfladdert in open
plekken.
Wanneer hij in de lente aankomt in zijn
broedgebied zoekt het mannetje naar een
territorium met genoeg voedsel en beschutting om
een nest te bouwen. De daaropvolgende jaren
keert hij terug naar hetzelfde territorium, maar
met een ander vrouwtje. Het nest, gemaakt van
bladeren en gras, wordt bekleed met veren.
Hierin legt het vrouwtje twee tot zes eieren,
die na twee weken uitkomen. Het mannetje helpt
de kuikens groot te brengen in de elf dagen die
ze doorbrengen in het nest. Binnen twee weken
vliegen de jongen uit en verspreiden zich.
Fladderend op de bodem van open bosland is de
roodbruine nachtegaal goed gecamoufleerd in het
licht dat op de aarde valt. Deze vogel voelt
zich zowel thuis in bosjes en struiken als op
open berghellingen in het
Middellandse-Zeegebied. Het is meestal een
solitair levende zangvogel, die broedt in delen
van Europa, Noordwest-Afrika, Centraal Azi� en
het Midden-Oosten, waar hij in april en mei
arriveert. Aan het einde van het broedseizoen,
begin augustus, vliegt hij naar tropisch Afrika
voor de winter. Het mannetje bakent zijn
territorium af door te zingen vanaf een
roestplaats in het kreupelhout of op een lage
tak van een boom. Overdag verandert de
nachtegaal regelmatig van roestplaats. 's Nachts
blijft hij op dezelfde roestplaats en zingt om
een vrouwtje aan te trekken.
De nachtegaal voedt zich tijdens de late zomer
met insecten en andere ongewervelde dieren, maar
ook met bessen. Hij jaagt op de grond naar
voedsel, of net daarboven en vindt het meeste
daarvan tussen het bladerafval en op de kale
grond, onder de struiken. Hij hupt rond en
pauzeert regelmatig om uit te kijken naar
rennende torren en mieren, en gebruikt zijn
puntige snavel om kleine insecten te pakken.
Soms stort deze alerte vogel zich op zijn prooi
vanaf een verstopte roestplaats, en kan hij
insecten zelfs in de vlucht pakken. In de
winter, wanneer er weinig voedsel is, trekt de
nachtegaal over grote afstanden naar Afrika,
waar hij verzekerd is van voldoende voedsel.
Hoewel hij wereldwijd niet bedreigd wordt, is
het leefgebied van de nachtegaal afgenomen in
delen van West-Europa. De afname van de
traditionele beheertechniek van kreupelhout is
��n van de belangrijkste redenen hiervoor.
|