Rubriek :
Poolgebieden
Onderzoekingen op Antarctica
Antarctica
wordt wel omgeven door een continent en daar bevinden zich dan
ook verschillende waarnemingsposten van diverse landen. In deze
basissen houdt men zich enkel en alleen bezig met
wetenschappelijk onderzoek. De verschillende landen die in dit
onderzoek meewerken (waaronder Amerika en Rusland) bewijzen hier
dat samenwerking op een vreedzame manier mogelijk is ! Hier
worden geen vlaggen geplant om land op te eisen en spreekt men
niet over nucleaire wapens. Antarctica is een uniek
openluchtlaboratorium, fascinerend voor biologen en fysiologen,
voor meteorologen en geofysici, voor cartografen enz. Het
fascinerende van dit witte continent is dat het waarschijnlijk
de sleutel bevat naar het verleden van moeder aarde. Diep in de
grond zijn hier de sporen gevonden van boombladeren en zelfs de
sporen van steenkool (zie onze rubriek paleontologie). Deze
aanwezigheid duidt op tropische of zelfs subtropische
plantengroei in een heel ver verleden. Maar wat heeft dan
Antarctica tot een reuzengrote diepvries gemaakt ?
Het verre verleden
Lag Antarctica dan in het verleden dichter bij de evenaar
dan nu ? Veel geofysici zijn bereid om dit aan te nemen, want er
komen steeds meer aanwijzingen dat de theorie over de zogenaamde
drift der continenten klopt. Deze theorie stelt ondermeer dat
Zuid-Amerika en Afrika ooit met elkaar verbonden waren, zoals
hun kustvormen trouwens duidelijk suggereren. E�n blik op de
wereldkaart is voldoende om die twee continenten aan elkaar te
passen. Deze theorie veronderstelt dat de aarde in een zeer ver
verleden maar twee oercontinenten heeft gekend : Laurasia en
Gondwanaland. Het laatste zou het tegenwoordige Zuid-Amerika,
Afrika, India, Australi� en Antarctica hebben omvat. Antarctica
zou van dit oercontinent het centrum zijn geweest. Het zou ook
veel dichter bij de evenaar hebben gelegen dan nu. Tot de feiten
die suggereren dat er vroeger sprake is geweest van ��n geheel,
behoren fossiele vondsten (in Antarctica) van levende wezens die
nu nog in de fauna van Australi� worden aangetroffen en van de
onderzeese verbinding tussen het Zuidamerikaanse vasteland en
het zuidpoolcontinent : het Andesgebergte loopt onder water door
tot in het Zuidpoolgebied.
Dat water rondom Antarctica is altijd maar zo�n beetje beschouwd
als het uiterste zuiden van drie oceanen : de Atlantische, de
Indische en de Stille Oceaan. Maar er zijn oceanografen die
volhouden dat men de wateren rondom het zuidpoolgebied een eigen
karakter moet toekennen en dat we dus moeten spreken van nog een
vierde oceaan : de Antarctische. De grens tussen bijvoorbeeld de
Atlantische en de Antarctische Oceaan passeert volgens hen
wanneer men in zijn netten een garnaalachtig diertje vangt, dat
in het Engels �krill� wordt genoemd. Het maakt deel uit van ��n
van de kortste voedingsketens die we op deze planeet aantreffen,
want het voedt zichzelf met de microscopisch kleine organismen
die we aanduiden met de naam plankton. Het dient op zijn beurt
als voeding voor de walvis, het grootste zoogdier dat
tegenwoordig op aarde leeft.
Andere elementen die de hierboven bedoelde watergrens markeren
zijn een vrij scherpe temperatuurdaling van het zeewater en een
verandering in het zoutgehalte.