Rubriek :
							Poolgebieden
						
						
							
								Ontdekkingsreizigers
							
						
						
							
								 Toch
								hebben de poolgebieden steeds een aantrekkingskracht uitgeoefend
								op de menselijke nieuwsgierigheid, in het bijzonder de
								noordpool, omdat die nu eenmaal het dichtst bij de �beschaafde
								wereld� ligt. Gebieden als Groenland en Spitsbergen, ver binnen
								de noordpoolcirkel gelegen, werden reeds door de Vikingen
								bereisd. Namen van poolreizigers als Frobisher, David en Hudson
								dateren al uit de zestiende en zeventiende eeuw. Beroemd is ook
								de overwintering op Nova Zembla (Russisch : Nowaja Zemlja, of
								�Nieuw Land�) door Heemskerck en Barentsz in 1596, net als de
								latere tochten van Franklin, Nansen en (in de twintigste eeuw)
								Amundsen. De eerste persoon die de geografische noordpool zelf
								bereikte was de Amerikaan Robert Peary, in het jaar 1909.
							
							Toch
								hebben de poolgebieden steeds een aantrekkingskracht uitgeoefend
								op de menselijke nieuwsgierigheid, in het bijzonder de
								noordpool, omdat die nu eenmaal het dichtst bij de �beschaafde
								wereld� ligt. Gebieden als Groenland en Spitsbergen, ver binnen
								de noordpoolcirkel gelegen, werden reeds door de Vikingen
								bereisd. Namen van poolreizigers als Frobisher, David en Hudson
								dateren al uit de zestiende en zeventiende eeuw. Beroemd is ook
								de overwintering op Nova Zembla (Russisch : Nowaja Zemlja, of
								�Nieuw Land�) door Heemskerck en Barentsz in 1596, net als de
								latere tochten van Franklin, Nansen en (in de twintigste eeuw)
								Amundsen. De eerste persoon die de geografische noordpool zelf
								bereikte was de Amerikaan Robert Peary, in het jaar 1909.
								De verkenning van het zuidpoolgebied is pas in het begin van de
								twintigste eeuw goed op gang gekomen. Tot de pioniers behoren de
								Noor Amundsen, die in 1911 als eerste de zuidpool bereikte, en
								de Engelsman Robert Scott.
								Beiden werden trouwens het slachtoffer van hun eigen
								wetenschappelijke nieuwsgierigheid. Scott kwam om op de
								terugreis van zijn expeditie en Amundsen keerde in 1928 niet
								meer terug van een opsporingstocht om de Italiaan Nobile te
								redden, die met een luchtschip was gestrand in de omgeving van
								Spitsbergen. Nobile werd gered, maar Amundsen kwam om. Een lot
								dat twee jaar later ook de Duitse geofysicus Alfred Wegener trof
								tijdens een expeditie naar Groenland.
								Maar wat dreef dan toch die nieuwsgierigen ? Waarschijnlijk
								dezelfde drang eigen aan een wetenschapper, of hij nu astronoom
								is of bioloog, meteoroloog op oceanograaf. Ten aanzien van de
								beide poolgebieden komt daar nog eens het �unieke� bij. De
								aanwezigheid van de magnetische polen in deze streken maken en
								het noord- en het zuidpoolgebied tot het toneel van
								verschijnselen die je elders op aarde gewoonweg niet kan
								bestuderen. Dat hangt samen met het aardse magneetveld. De
								krachtlijnen van dat veld, dat zich (wat uit ruimteonderzoek is
								gebleken) tot ver in de buitenaardse ruimte uitstrekt, omgeven
								onze planeet op een eigenaardige manier.