W ORLD E XPLORER     

Siteoverzicht
Email
Homepage
     

Rubriek : De mens - algemeen

Ouderdomsbepaling

De moderne wetenschap beschikt over betrouwbare methoden om de ouderdom van menselijke fossielen vast te stellen, namelijk de fluortest en het radiokoolstofonderzoek.

Fluor, een element dat in het bodemwater voorkomt, gaat een verbinding aan met het calciumfosfaat in de beenderen. Dus, hoe groter het fluorgehalte van skeletresten, hoe ouder deze zijn. Nog fraaier zijn de resultaten, sinds 1949 verkregen met het onderzoek van radioactieve koolstof. Door inwerking van kosmische stralen wordt uit het element koolstof voortdurend een radioactieve isotoop gevormd. De atomen van alle elementen bestaan uit dezelfde delen : een kern, samengesteld uit neutronen en positief geladen protonen. Om deze kern wentelen elektrisch negatief geladen elektronen en wel evenveel als er protonen in de kern zijn. Nu heeft wel elk element zijn vaste aantal protonen, maar wat de neutronen betreft is er enige variatie : van veel elementen zijn verschillende soorten atomen mogelijk, die als isotopen worden aangeduid. Terwijl de kern van gewone koolstofatomen zes protonen en zes neutronen bevat, heeft radioactieve koolstof twee neutronen meer. Dit isotoop zendt nu een onzichtbare straling uit, het is radioactief.
Als stralend gaat het isotoop over in een ander element : stikstof. Men heeft kunnen berekenen dat een hoeveelheid radioactieve koolstof na 5568 jaar voor de helft in stikstof is omgezet en na ongeveer 25.000 jaar vrijwel helemaal.
In de natuur wordt door invloed van kosmische straling voortdurend radioactieve koolstof gevormd. Planten nemen dit isotoop op in de vorm van koolzuurgas. Met plantaardig voedsel bereikt de radioactieve koolstof ook het dierlijk en menselijk organisme. Na de dood kunnen de harde bestanddelen van dier en mens in de bodem bewaard blijven en vele duizenden jaren blijven 'stralen', als gevolg van uitzending van elektronen.
Met een geigerteller kan het aantal elektronen dat een gram koolstof per minuut uitzendt, worden geteld en na enige omrekening van de uitkomst kent men de ouderdom van de gevonden beenderen. Hoe zwakker de straling, hoe ouder de resten. De uiterste grens voor de 'radiokoolstof'-methode is ongeveer 25.000 jaar.

Om de absolute leeftijd van veel oudere gesteenten en fossielen vast te stellen, ging men aanvankelijk uit van de afzettingssnelheid van bepaalde gesteenten. Maar de resultaten van deze berekeningen konden onmogelijk aanspraak maken op betrouwbaarheid. De vorming van zulke gesteenten is immers verleden tijd en de afzettingssnelheid is alleen maar heel vaag te schatten. Veel nauwkeuriger resultaten af ook hier de radioactiviteit. Stoffen als uranium en radium vertonen een natuurlijke radioactiviteit : vanaf het ogenblik van ontstaan zenden zij zonder onderbreking stralen uit. De onzichtbare straling van het uraanatoom blijkt te bestaan uit heliumkernen, hier alfastralen genoemd. Het uraniumatoom vervalt hierbij geleidelijk. Het splitst zich zelf spontaan.
De eindtoestand van dit proces van verval, ontbinding of desintegratie is helium en lood
Door diepgaande natuurkundige onderzoekingen weet men nauwkeurig hoeveel tijd er voor volledig verval nodig is en bovendien kent men de tussenfasen van dit afbraakproces. Zo kan men dus uit de chemische samenstelling van een gesteente afleiden, in welke vervalfase het zich bevindt en daaruit weer hoe lang geleden het werd gevormd.
De ouderdom van in Kareli� voorkomend uraniniet werd op deze manier bepaald op 1850 miljoen jaar. Dit gesteente maakt deel uit van de oudste fossielen-bevattende formatie, kenmerkend voor het Eozo�cum, de dageraad van het leven. Zo weten wij dus hoe lang het leven al op aarde aanwezig is.
 


Klik hier om deze pagina als je startpagina in te stellen !

Google
 
Web www.worldexplorer.be
www.infoblog.be
© 2006 - WorldExplorer