W ORLD E XPLORER     

Siteoverzicht
Email
Homepage
     

Rubriek : Ziekten en aandoeningen overzicht

Paniekstoornis

"Wat is een paniekaanval?"
Iedereen weet wat het is om bang te zijn. Normaal gesproken zijn we bang voor iets waarbij de angst min of meer in verhouding staat tot de situatie. Soms echter krijgen mensen plotseling angst in situaties waar er niets te vrezen valt. Als zo'n angstaanval erg hevig is en gepaard gaat met lichamelijke verschijnselen zoals hartkloppingen, trillen, duizeligheid, zich licht in het hoofd voelen, zweten, misselijkheid, benauwdheid en een versnelde ademhaling, spreken we van een paniekaanval. Ook treden regelmatig gevoelens op van derealisatie (gevoel dat de buitenwereld vreemd of onecht overkomt). Kenmerkend daarbij is vaak de angst om dood te gaan, flauw te vallen of de controle over de situatie te verliezen.

Flight or Fight
De lichamelijke verschijnselen die optreden zijn hele verklaarbare en ongevaarlijke (!) gevolgen van de angst. Het lichaam wordt namelijk voorbereid op een vorm van actie: "Flight or Fight". Vluchten of vechten dus. Het gaat hier om een heel primitieve maar wezenlijke reactie die ons in staat stelt om te overleven. Het probleem is echter dat het signaal niet in overeenstemming is met de werkelijkheid; er is niets om bang voor te zijn. Vluchten -d.w.z. hard weglopen- gebeurt meestal niet en vechten al evenmin. Het gevolg is dat de vrijgekomen adrenaline in het bloed voor allerlei hele onaangename verschijnselen zorgt die hierboven zijn genoemd. Deze verschijnselen worden op hun beurt weer als bedreigend ervaren en kunnen zo een kettingreactie teweeg brengen waardoor de paniekaanval compleet is.

De denkfout
Een relatief groot aantal mensen krijgt wel eens in z'n leven te maken met een paniekaanval. Vaak blijft het bij ��n aanval. Het gebeurt echter ook dat een dergelijke aanval opnieuw optreedt. Soms gebeurt dit spontaan maar vaker is een aangeboren of aangeleerde gevoeligheid voor angst bij iemand aanleiding tot het ontwikkelen van een paniekstoornis. Iemand die voor de eerste keer een paniekaanval krijgt en die gevoeligheid heeft, koppelt namelijk de angst aan de situatie waarin die optreedt. Er wordt dus een denkfout gemaakt zoals: "Ik werd laatst zo angstig toen ik in die drukke rij moest wachten, als dat nu maar niet weer gebeurt; ik heb een hekel aan drukke rijen want ik word er bang van". Die persoon wordt echter niet bang van die drukke rij maar van de gedachte (!) daarover. Dit is een subtiel maar essentieel verschil.

Alweer een aanval!
De kans is erg groot dat er daardoor een nieuwe aanval optreedt. Uiteindelijk wordt men bij voorbaat al angstig voor bepaalde situaties waarin die aanvallen voorkwamen. Dit wordt anticipatieangst genoemd. Meestal gaat het om situaties waaruit ontsnappen onmogelijk is (trein), men zich bij ontsnappen beschaamd zou voelen ("ik kan toch niet zomaar weglopen uit een drukke rij bij de kassa?!") of waar geen hulp is bij een eventuele paniekaanval.

Vermijding en isolement
Vaak treedt er dan ook vermijdingsgedrag op: men gaat dergelijke situaties uit de weg. Reizen met openbaar vervoer, winkelen in drukke warenhuizen, zelfs het eigen huis uit gaan, zijn allemaal typische voorbeelden van zaken die dan worden vermeden. Daardoor neemt de angst juist alleen maar toe zodat de vicieuze cirkel compleet is. Gevolg is soms een totaal isolement hetgeen natuurlijk grote sociale en maatschappelijke consequenties kan hebben.

Paniekaanval vs. Paniekstoornis
Van een paniekstoornis is pas sprake als iemand herhaaldelijk paniekaanvallen heeft en tussendoor voortdurende anticipatieangst bestaat. De term Paniekstoornis wordt bovendien alleen gebruikt als de paniekaanvallen niet het gevolg zijn van een lichamelijke ziekte (denk aan schildklieraandoening) of een andere psychische stoornis.

Agorafobie
Deze term werd vroeger gebruikt om straatvrees of pleinvrees aan te duiden (dit is ook de letterlijke betekenis van het woord). Tegenwoordig echter wordt de term gebruikt om aan te geven dat de paniekstoornis gepaard gaat met angst voor specifieke situaties of plaatsen. Er wordt dan gesproken van "paniekstoornis met agorafobie". Paniekstoornis zonder agorafobie komt wat minder vaak voor.

Hoe ontstaat een paniekstoornis?
Het is nog niet helemaal duidelijk hoe een paniekstoornis precies ontstaat. Het lijkt er echter op dat, naast een bepaalde aangeboren, biologische gevoeligheid voor angst, omgevingsfactoren een rol kunnen spelen. Ook innerlijke conflicten die zijn ontstaan door bepaalde gebeurtenissen in het verleden kunnen een rol spelen, dit hoeft echter niet. Meestal lijkt het om een combinatie te gaan van verschillende factoren waarbij vaak een ingrijpende gebeurtenis die veel spanningen met zich mee brengt de paniekstoornis kunnen ontketenen.

Hoe ga je er mee om?
- Probeer de situaties waar je bang voor bent vooral niet te vermijden, hoe moeilijk dit ook is. Soms is het regelmatig tegemoet treden van je angsten al voldoende om van je paniekstoornis af te komen.
- Maak het bespreekbaar met vrienden en / of familie. Veel mensen schamen zich voor hun probleem waardoor ze zich isoleren en niets aan hun klachten doen. Hierdoor wordt de paniekstoornis alleen maar erger.
- Wanneer het je niet lukt om zelf, of m.b.v. de mensen om je heen van je klachten af te komen, is het belangrijk tijdig een huisarts te raadplegen. Hoe langer je hiermee wacht, hoe moeilijker het namelijk wordt om er vanaf te komen. De huisarts zal je in de meeste gevallen waarschijnlijk doorverwijzen naar de R.I.A.G.G. of een psycholoog. Daar zal worden bekeken wat de beste behandelmethode is. Soms is een gerichte psychotherapie voldoende, in andere gevallen is een combinatie van medicijnen en psychotherapie de beste oplossing.

 

� 2006 - WORLDEXPLORER
Google