|
Pinus rigida.
Conifeer uit het oosten van de Verenigde Staten. De stam
kan 25 meter hoog worden en heeft een bruin-zwarte
schors. Veelvuldig uitbotten van de stam en takken.
Stijve naalden in groepjes van drie, tien tot twaalf cm
lang. De rijpe kegel is grijs, vijf tot tien cm lang en
vier tot vijf cm breed. De stronk van deze den loopt
weer uit als men de boom heeft omgehakt. Stelt weinig
eisen aan de bodem. Van weinig betekenis voor de bosbouw
in onze streken en af ten toe als sierboom aangeplant.
De Amerikaanse naam is Pitch Pine. Dit heeft aanleiding
gegeven tot veel verwarring, want het zogenaamde
pitchpine-hout is niet afkomstig van deze boom maar van
de Moerasden.
|