W ORLD E XPLORER     

Siteoverzicht
Email
Homepage
     

Rubriek : Vissen
 

De regenboogforel

Orde : Salmoniformes - familie : Salmonidae - geslacht : Onchorhynchus en soort O. mykiss. De familie Salmonidae bestaat uit 66 soorten, verdeeld over elf geslachten.
De regenboogforel dankt zijn naam aan de oogverblindende kleuren langs zijn zilverachtige flanken. Deze torpedovormige, gespierde vis is perfect uitgerust om tegen sterke stromingen in te zwemmen, om te foerageren en te paaien. De vis is lekker om eten, geliefd bij hengelaars en makkelijk te kweken. Hij is inheems in de Grote Oceaan, maar hij is in zoveel landen uitgezet dat hij nu wereldwijd voorkomt.
De regenboogforel is deels migrerend. Sommige populaties leven voornamelijk in de zee, maar trekken rivieren en stromen binnen om te paaien. In zijn oorspronkelijke verspreidingsgebied wordt de migrerende regenboogforel staalkopforel genoemd. Deze vis is helderder en meer zilverachtig van kleur dan de ondersoorten die uitsluitend in zoet water leven. Een staalkopforel foerageert zelden in zoet water en sterft gewoonlijk kort na het paaien. Sommige lukt het echter naar zee terug te keren en kunnen het jaar erop opnieuw kuit schieten. Jonge regenboogforellen vormen gewoonlijk scholen ter bescherming tegen roofdieren. Als ze ouder worden, worden ze meer solitair.
De regenboogforel wordt in veel landen gekweekt en is bovendien over de hele wereld uitgezet. Maar deze snel groeiende en zich makkelijk aanpassende forel zet inheemse soorten onder druk. In Engeland heeft hij de populatie inheemse zeeforellen drastisch gekortwiekt. Uitgezette vissen verspreiden vaak ziektes waartegen inheemse soorten geen weerstand hebben. Bovendien jaagt de vraatzuchtige volwassen regenboogforel fanatiek op de eieren en jongen van de zeeforel. In de stromen die uitmonden op de Noord-Adriatische Zee staat de inheemse Adriatische zalm op het punt van uitsterven. Dit is deels te wijten aan de competitie met en plunderingen door zijn ge�ntroduceerde verwant.
Of hij nu in zee leeft en migreert of zijn hele leven in zoet water doorbrengt, de regenboogforel zwemt naar de bovenloop van rivieren om te paaien. Het mannetje ondergaat in de paaitijd markante fysieke veranderingen. Hij krijgt fellere kleuren en zijn kaak krijgt een opmerkelijke haakvorm. Hij kan zijn kaak als wapen gebruiken om rivalen te verjagen. Als het vrouwtje klaar is om kuit te schieten, graaft ze een paaibed (putje) in het grind of zand van de rivierbedding, geassisteerd door een mannetje. De twee vissen gaan naast elkaar in het paaibed liggen en trillen tegen elkaar aan met hun bek open. De eitjes komen na zes tot tien weken uit. Een tweetal weken later komen de jonge vissen van onder het grind te voorschijn, als de voedzame dooierzakken waarin ze worden geboren, zijn opgebruikt.
Een jonge forel voedt zich met kleine ongewervelde dieren, zoals watervlooien. Als hij groter wordt stapt hij over op grotere insecten en schaaldieren. Ook valt hij kleine vissen zoals elritsen aan. Grotere, in meren levende forellen, eten meer vissoorten.


Klik hier om deze pagina als je startpagina in te stellen !

Google
 
Web www.worldexplorer.be
www.infoblog.be
© 2006 - WorldExplorer