De
reuzenalbatros
Orde
: Procellariiformes - familie : Diomedeidae -
geslacht : Diomedea en soort : Diomedea exulans.
De familie Diomedeidae bestaat uit veertien
soorten, alle met een buitengewoon lange
voortplantingscyclus.
Met de grootste spanwijdte van alle vogels is de
reuzenalbatros een superieure vlieger.
Schijnbaar zonder inspanning glijdt hij boven de
oceanen van het zuidelijk halfrond. Deze enorme,
solitaire vogel blijft uit de buurt van land,
behalve in de broedtijd. Hij geeft er de
voorkeur aan zijn lange leven boven volle zee
door te brengen. Dan en nacht doorvliegend kan
hij in ��n vlucht duizenden kilometers afleggen.
De reuzenalbatros komt zelden aan land tot hij
oud genoeg is om te paren. De eerste solitaire
jaren van zijn leven brengt hij boven zee door;
glijdend op de wind of er tegenin laverend.
Bijna geen storm is hem te ruw. Bij kalmer weer
dobbert hij op het water en wacht op
aanwakkerende wind. Zijn lange smalle vleugels
ontwikkelen niet voldoende kracht om zijn zware
lijf puur door kwapwieken in de lucht te
verheffen. Hij moet daarom eerst voldoende
snelheid opbouwen door over het oppervlak te
rennen. De nestelplaatsen op de eilanden hebben
daarom altijd een 'startbaan'. Albatrossen zijn
minder sociaal dan andere zeevogels en komen
alleen bijeen op nestplaatsen waar volop voedsel
is.
Van veel vogelsoorten, waaronder de
reuzenalbatros, nam in de negentiende eeuw het
aantal drastisch af vanwege de vraag naar veren
als modieus decoratiemateriaal. Over de laatste
drie generaties is het aantal reuzenalbatrossen
in hun leefgebied met meer dan twintig procent
afgenomen. De grootste bedreiging komt van de
commerci�le visserij op blauwvintonijn,
zwaardvis en andere grote vissoorten.
Reuzenalbatrossen worden aan de haak geslagen
(haken met aas) en onder water getrokken, waar
ze verdrinken.
De albatros zwemt uitstekend en jaagt meestal
terwijl hij op het water drijft of zwemt. 's
Nachts helpt zijn reukvermogen hem om scholen
pijlinktvis te vinden als ze naar de oppervlakte
komen. Zijn zoute voedsel bestaat onder meer uit
kleine vissen, krill en schaaldieren. Hij heeft
speciale klieren boven zijn ogen die overtollig
zout afscheiden. Deze hongerige opportunist eet
ook van het vlees van dode zeehonden en van
andere vogels, zoals pingu�ns. Soms volgt hij
walvissen of dolfijnen die voedsel zoeken.
Albatrossen vormen paren voor het leven en keren
altijd naar dezelfde plek terug om te paren. Na
een korte begroetingsceremonie bouwt het paar
een nest van modder en gras op glooiende grond.
Het vrouwtje legt ��n ei het paar lost elkaar af
bij het broeden en het voedsel zoeken. Met
ongeveer negen maanden vliegt de jonge vogel
naar de zee.
|