W ORLD E XPLORER     

Siteoverzicht
Email
Homepage
     

Rubriek : De mens -
geschiedenis

De Russische Revolutie

De tijdens de Krim-oorlog gestorven tsaar Nicolaar I had rusland volkomen autocratisch geregeerd. Autocratisch wil zeggen dat hij alle macht in handen had. Alexander II (1855-1881), die hem opvolgde, was veel gematigder en liet zelfs de pers wat vrijer. Dat maakte veel opgekropte kritiek los. De tsaar ging ertoe over de boeren uit hun lijfeigenschap te bevrijden. Dit maakte hun positie echter nauwelijks beter. De Poolse Opstand deed Alexander II terugkeren tot het bewind zoals dat vroeger werd gevoerd. Dat vonden velen, vooral jonge en ontwikkelde mensen, een slechte zaak. Een aantal zette een geheime terroristische organisatie op. De tsaar kwam bij een bomaanslag om het leven. De idee�n van Marx' socialisme sloegen ook in Rusland aan. In 1898 werd de Russische Sociaal-Democratische Partij opgericht, die de revolutionaire theorie van Marx aanhing.
In 1903 ontstond er op het in Brussel en Londen gehouden Tweede Partijcongres een meningsverschil over de vraag of maatschappelijke veranderingen alleen door middel van een revolutie konden plaatsvinden. Sommigen waren van mening dat de veranderingen ook door de wetsvertegenwoordiging konden worden verwezenlijkt. Toen het op stemming aankwam, besliste de meerderheid van het congres onder leiding van Lenin (zie foto) dat de weg van de revolutie, zoals Marx die voorspeld had, nagestreefd zou moeten worden. Deze socialisten werden in het vervolg de 'bosjewieken' (bosje = meer) genoemd. De overigen, die in de minderheid waren, werden de mensjewieken (mensje = minder) genoemd. Een paar jaar later, toen de Russische strijdkrachten tegen Japen ernstige nederlagen leden, ontstond er onrust in Rusland. Er braken stakingen uit onder de drie miljoen industriearbeiders die Rusland intussen telde. De liberalen stelden de eis dat er een democratische grondwet en een doema of volksvertegenwoordiging moesten komen. Aan deze eis, en ook aan verlangens naar vrijheid van meningsuiting en dergelijke, werd enigszins tegemoet gekomen. Toen bedaarde de opstandigheid en kon het socialisme worden verslagen. Lenin nam de wijk naar Zwitserland, Stalin ging ondergronds met zijn activiteiten door.
Hoewel de opmars van de Russische legers in 1914 tegen Duitsland aanvankelijk niet slecht verliep, bleek het onder de wapenen brengen van veertien miljoen boeren voor Rusland toch rampzalige gevolgen te hebben. Rusland immers was nog hoofdzakelijk op de landbouw gericht, en deze raakte totaal ontredderd. Maar ook de industrie en het vervoer, dat voornamelijk per spoor ging, konden de eisen die de oorlog stelde niet aan. Het ontbrak de soldaten dan ook spoedig aan vrijwel alles. De doema had kritiek op de regering en dus ook op de tsaar. Deze stuurde daarop de doema voorlopig naar huis. Rellen en stakingen waren aan de orde van de dag. De doema vormde zelf een voorlopige regering : de revolutie was begonnen. De liberalen hadden in de voorlopige regering de meerderheid, maar ook Alexander Kerenski, die mensjewiek was, had er zitting in. Kort daarop deed tsaar Nicolaas II, die Alexander II was opgevolgd, afstand, en dat betekende het einde van het Huis Romanov. De voorlopige regering, die verklaarde de oorlog te zullen voortzetten, werd door de Geallieerden meteen erkend. Met de oorlog echter was en bleef het voor Rusland een moeilijke zaak. Dat werd nog erger doordat zich in Petrograd en elders sowjets, raden van arbeiders en soldaten, vormden, die maatschappelijke veranderingen wilden doordrukken.
Intussen zat Lenin in het buitenland te popelen om de leiding van de revolutie in Rusland op zich te nemen. Hij kwam in contact met de Duitse regering, die de chaos in Rusland maar al te graag groter zag worden. Er kwam een afspraak tot stand die inhield dat Lenin naar Rusland gesmokkeld zou worden en geld zou krijgen om de revolutie verder te financieren. Van zijn kant zou Lenin, zodra hij zich van de macht had meester gemaakt, vrede met Duitsland sluiten. De Duitsers zouden dan eindelijk hun aandacht volledig op het Westelijke Front kunnen richten. Zo reisde Lenin in het geheim naar Rusland. Daar nam hij de leiding van de bolsjewieken op zich en begon zijn streven naar vrede, brood en arbeid.
Op 25 oktober 1917 pleegden de bolsjewieken een geslaagde staatsgreep in Petrograd. Er werd een regering gevormd, de Raad van Volkscommissarissen, waarvan Lenin voorzitter werd. De boeren kregen meteen de toezegging dat ze land in eigendom zouden krijgen. Daardoor verwierven de bolsjewieken de steun van de grootste groep van de bevolking. Voor het overige was hun positie buiten Petrograd en Moskou nog uiterst onzeker. Tsaristische generaals waren vastbesloten de bolsjewieken te vernietigen. Vanuit het buitenland rukten eveneens legers op om de revolutie te bestrijden. Pas na zeer harde strijd konden de bolsjewieken eind 1920 het pleit beslechten en kon met de wederopbouw worden begonnen.
 


Klik hier om deze pagina als je startpagina in te stellen !

Google
 
Web www.worldexplorer.be
www.infoblog.be
© 2006 - WorldExplorer