De
sardien
De sardien of Sardina pilchardus.
Beschrijving
Rugvin met zeventien tot achttien vinstralen;
anaalvin met 17-18; 28-30 schubben van kop tot
staartvin. Rog groen tot bruingroen, flanken
zilverkleurig met soms bronzen tint; serie(s)
zwarte vlekjes op de flanken ter hoogte van de
ogen. Grote, gemakkelijk loslatende schubben;
planktoneter. Sardien vervangt in zuidelijke
wateren de haring. De noordelijkste gebieden
waar eieren worden afgezet, zijn de kust van
Cornwall en de ingang van Het Kanaal. Sardienen
paaien gedurende het hele jaar, met een top in
mei tot juli. Het succes van het broedsel hangt
in sterke mate af van de gemiddelde
zomertemperatuur van het zeewater. Als deze te
laag is, mislukken de jaarklassen vrijwel
volledig. De Nederlandse visserij vangt
sardienen voornamelijk om ze in olie in te
blikken. Volwassen exemplaren worden wel als
pelserharing of pilchard in tomatensaus
geconserveerd.
Lengte
25 cm
Verspreiding
Atlantische kust van Zuid Europa en de Noordzee.
Langs onze kust minder algemeen, voornamelijk in
de zomer.
|