De
dinosaurussen : de saurischia
De
grootste landdieren uit het verleden die we
kennen zijn de dinosaurussen. Letterlijk
betekent dit : schrikhagedissen. De naam
dinosaurus heeft geen strikte wetenschappelijke
betekenis.
Er bestaan twee orden van dinosaurussen :
de saurischia en de ornitischia.
De verschillen hiertussen hebben grotendeels
betrekking op de lichaamsbouw, vooral op de
kenmerken van het bekken en het gebit. De
saurischia verschenen het eerst. Ze ontwikkelden
zich in snel tempo tijdens een groot deel van
het Secundair of Mesozo�cum. Ze beheersten in
die tijd grote gebieden van de aarde. Tegen het
einde van
de
Krijt-periode
stierven
ze (om onbekende redenen) bijna volledig uit. Ze
moesten toen het veld ruimen voor de zoogdieren,
die in het Tertiair of Kenozo�cum snel in aantal
toennamen.
De saurischia zijn op hun beurt weer verdeeld in
twee grote groepen : de sauropedia
of planteneters en de teropedia of
vleeseters.
De sauropedia waren plantenetende dinosauruseen,
waarvan in 1878 de eerste vondsten werden
gedaan. Men ontdekte toen een compleet, twee
meter lang dijbeen van een dinosaurus-soort, die
Atlantosaurus werd genoemd. De
afmeting van het dijbeen gaf aanleiding tot
allerlei fantasie�n over de grootte van dit
dier. Op grond van allerlei onderzoekingen werd
toen een lengte vastgesteld van wel veertig
meter. Thans weten we dat de grootste afmeting
van een dinosaurus ongeveer 25 meter moet zijn
geweest. Dat is toch nog altijd een
verbazingwekkende grootte voor een landdier.
De enorme massa van het lichaam werd gedragen
door vier reusachtige op zuilen lijkende poten.
Sommige soorten hadden een zeer lange nek, met
een naar verhouding kleine kop. De hersenen
waren maar klein van afmeting. Soms was de
doorsnede van de hersenen tienmaal kleiner dan
die van bepaalde stukjes ruggemerg.
De sauropedia hadden het typische gebit van een
planteneter. Men neemt aan dat de grootste van
deze dieren voornamelijk leefden in meren en
moerassen met een rijke plantengroei. Dankzij
hun enorm lange hals konden ze zelfs in diep
water hun kop boven water houden en ademhalen.
De meest opzienbarende soort van de sauropedia
was de brachiosaurus (zie foto :
skelet in museum te Berlijn). Dit dier kon
rustig boven later blijven ademhalen, terwijl
zijn poten in twaalf meter diep water stonden.
Dit enorme monster had een gewicht van ongeveer
45 ton.
Bekend is ook de diplodocus, een
sauropedia-soort waarvan de Amerikaanse
miljardair Carnegie een groot aantal kopie�n in
gips heeft laten maken. Deze kopie�n van een
prachtig skelet met een lengte van 22 meter,
werden door Carnegie aan diverse grote Europese
musea geschonken.
Ook de brontosaurussen waren meer
dan twintig meter lang en wogen ongeveer 35 tot
40 ton. Van deze kolossen zijn fossiele
pootafdrukken gevonden. Door middel hiervan
heeft men de grootte van hun stappen kunnen
berekenen en hun manier van lopen kunnen
afleiden.
Tegelijkertijd met de sauropedia bestond de
grote groep van de vleesetende dinosaurussen, de
teropedia. Enkele soorten teropedia kunnen we
rekenen tot de grootste vleeseters aller tijden.
Van de teropedia was de tirannosaurus
ongetwijfeld de indrukwekkendste
vertegenwoordiger. Sommige geleerden noemen hem
terecht 'tirannosaurus rex', wat betekent 'de
koning van de vleesetende reptielen'. Dit enorme
dier was meer dan veertien meter lang, bijna zes
meter hoog en woog waarschijnlijk ongeveer tien
ton. Dit is ongeveer evenveel als het gewicht
van vier grote olifanten. De tirannosaurus had
evenals alle teropedia slechts twee poten, hij
liep alleen op zijn twee enorm sterke
achterpoten. Het voorstel deel van zijn lichaam
was veel minder ontwikkeld en de voorpoten die
daaraan vastzaten, waren naar verhouding zeer
klein. De tirannosaurus greep zijn voedsel vast
met zijn gebit, dat bestond uit talrijke
scherpe, gekromde slagtanden. Zijn kop was
reusachtig groot. Men heeft een
tirannosaurus-schedel gevonden van 1,25 meter
lang. Ondanks zijn schrikwekkende kracht ving de
tirannosaurus waarschijnlijk geen levende
dieren. Hij moest zich tevreden stellen met
kadavers van grote plantenetende dinosaurussen.
Er zijn enkele fossiele pootafdrukken gevonden
van een grote tweevoeter in de steenkoolgebieden
van Utah en Colorado in Amerika. Deze zijn
waarschijnlijk afkomstig van een tirannosaurus.
In Utah zijn afdrukken bewaard gebleven van
zeven stappen van zo'n dier. De afdruk van de
achterpoten is 0,76 meter lang en 0,79 meter
breed en iedere stap heeft een lengte van 3,76
meter. Bij een ander spoor dat men in Utah heeft
gevonden, zijn pootafdrukken gemeten van ruim
1,33 meter.
|