De
schurftvis
De
schurftvis of Arnoglossus laterna.
Beschrijving
Rugvin met 87-93 vinstralen, anaalvin met 65-74;
51-56 schubben op de zijlijn.
Gepigmenteerde linkerzijde bruingrijs; vinnen
met vage donkere vlekjes. Slanke vis met grote
ogen op de linkerzijde. Eerste rugvinstralen
zonder membraan, rechterbuikvin (op
ongepigmenteerde zijde) veel korter dan de
linker buikvin. De schubben raken makkelijk los
en geven de vis een onsmakelijk uiterlijk,
waardoor deze soort schurftvis wordt genoemd.
Het paaiseizoen valt tussen juni en augustus.
Het belangrijkste voedsel bestaat uit kleine
kreeftachtigen en wormen. Het aantal
schurftvissen in de Noordzee is sinds de jaren
zeventig sterk teruggelopen.
Lengte
Maximaal twintig cm.
Verspreiding
Noordoost-Atlantische Oceaan, Noordzee. Langs
onze kust minder algemeen, meestal op zandbodems
van tien tot zestig meter diepte.
|