Rubriek :
Kruiden en specerijen -
overzicht
Sjalot
Allium
ascalonicum.
Elk plantje van de sjalot levert slechts ��n enkele sjalot op.
De plantjes worden laat in het voorjaar op ongeveer vijftien cm
afstand van elkaar gepoot. Men maakt een klein kuiltje, plant
daar de sjalot in en aardt de grond aan tot bijna het topje van
de plant. Wanneer de sjalotjes na het wortel schieten beginnen
te groeien, kan de aarde weer worden verwijderd, zodat de
sjalotjes niet door in de grond levende diertjes omhoog worden
gedrukt of beschadigd.
Bij soorten die kiemachtige zaden voortbrengen, kunnen zaadjes
in het voorjaar worden uitgezaaid. Normaal brengt de plant geen
vrucht voort, maar net als bij knoflook komen er veelvuldig
broedknollen tot ontwikkeling. Met het oogsten van sjalotten
moet worden gewacht tot de bladeren volledig zijn verdord.
Natuurlijk kan ook het groen van de plant gebruikt worden.
Sjalotten worden net als knoflook voorgedroogd en op dezelfde
manier bewaard. Men maakt een essentieel verschil tussen twee
soorten : soorten met een gele en soorten met een rode schil.