|
De
Spaanse makreel
De
Spaanse makreel of Scomber japonicus.
Beschrijving
Eerste rugvin met negen tot tien slanke stekels;
tweede rugvin met dertien vinstralen en vijf tot
zes bijvinnen; anaalvin met twaalf vinstralen en
vijf tot zes bijvinnen; borstvinnen met 19-21
vinstralen.
Rug en bovenzijde van de flanken groenblauw met
vage golvende lijnen en ronde vlekken; ronde
vlekken ook op de onderzijde van de flanken.
Buik zilverwit. Spoelvormig lichaam en spitse
snuit. De Spaanse makreel is een kosmopolitische
soort, die aangetroffen wordt in warme en
gematigde streken van zowel de Atlantische, de
Indische, als de Pacifische Oceaan. De soort is
gebonden aan kusten en komt niet voor in zee�n
die dieper zijn van driehonderd meter. Spaanse
makrelen paaien bij een watertemperatuur van
vijftien tot twintig graden Celsius. Sinds 1978
wordt deze soort overbevist; toen werd als
wereldvangst totaal 2800 miljard kilo gevangen.
Het zijn vooral Russische en Japanse vissers die
Spaanse makrelen vangen.
Lengte
Maximaal vijftig cm.
Verspreiding
Vrijwel overal in niet te koude zee�n. Langs
onze kust zeldzaam. Zij worden af en toe tussen
de makreel aangevoerd.
|
